Bretagne en Normandië – Epiloog

Na een tocht van 3 weken is het altijd fijn om een beetje na te mijmeren. Onder het genot van een goed glas Cola Zero terugkijken op de vakantie. Wat was geweldig en waar hebben we ons verschrikkelijk aan geërgerd? Waar klopte de verwachting en waar was de realiteit toch iets minder fraai dan de beelden die we in gedachten hadden?

Buiten onze persoonlijke indrukken, heb ik ook geprobeerd naar de tocht te kijken vanuit een fietser die potentieel deze route zou willen rijden. En dan met name de wat meer beginnende fietser, daar ik aanneem dat de ervaren fietser zelf kan inschatten wat je kunt verwachten op de route.

Indruk van de route

In het algemeen was het een prima fietsroute. We hadden meer gravel en onverhard dan ik verwacht had. Voor mij is dat een zegen, maar Madeleine heeft een sterke emotionele band met asfalt. Het onverharde varieerde tussen prachtige fijne split fietspaden, grove scherpe losse stenen en zandpaden. Met name in het gedeelte van Kees Swart (Fietsen Rond het Kanaal) worden klimmetjes en afdaling over gravel niet geschuwd. Als je gravelt of mountainbiket is het niet bijzonder spannend, maar ben je minder ervaren met het wegslippen van wielen en je fiets rechthouden in mul zand, dan kan het een uitdaging zijn.

Het stuk Vélo Francette is te doen met een racefiets met 28mm bandjes. Het stuk V6, VD6, V2 en Fietsen Rond het Kanaal zeker niet. Wij hebben respectievelijk 47mm en 50mm brede antilek banden (Schwalbe Marathon Plus) en die hebben het prima gehouden. Ik zou niet graag met een paar dunne bandjes over de scherpe gravelpaden zijn gereden. Dikke noppen of sterk geprofileerde gravelbanden heb je niet nodig en zorgt alleen voor onnodige rolweerstand op het asfalt.

Wat je wel nodig hebt is een setje goede remmen. Als ik nu een nieuwe fiets zou moeten kopen, dan zou ik zeker voor schijfremmen kiezen. Onze fietsen hebben Magura hydraulische remblokken en die doen het ook uitstekend.

Met bijna 11.000 hoogtemeters is het niet een vlakke route. Daarnaast zitten er soms eng steile stukjes tussen van boven de 12% in. Dat betekent dat wat ervaring met klimmen en een redelijke conditie wel aan te raden is. Met name in het noorden van Normandië kan het zwaar fietsen zijn.

Er zitten, en dat is bijna niet te vermijden in een tocht van 1.400 kilometer, saaie stukken tussen. Met name de ‘Voie Verte’ in Bretagne tussen Mûr-de-Bretagne en Morlaix is een saai stuk. De Voie Vertes zorgen er echter ook weer voor dat het een stuk makkelijker fietsen is dan over de reguliere wegen.

De Fransen maken werk van het fietsen

Ook deden we de prettige constatering dat de afgelopen jaren de positie van de fietser aanzienlijk verbeterd is in Frankrijk. De lokale, regionale en landelijke overheden creëren nieuwe langeafstandsroutes over autoluwe en redelijk veilige wegen. In steden zie je steeds meer fietspaden verschijnen en automobilisten worden met bordjes erop gewezen dat ze de weg delen met de fietser. We hebben meerdere malen mogen ervaren dat een auto keurig achter ons bleef rijden, tot er een geschikt moment was om te passeren. Dat is een andere attitude dan de wild claxonnerende, uit zijn raampje hangende, Gauloises rokende, op zijn voorhoofd wijzende heethoofd die we van vroeger kennen.

Het is wel zo dat je als fietser vaak de paden deelt met wandelaars en ruiters. De laatste categorie zijn we niet veel tegengekomen, mar de eerste wel en die zijn niet altijd voorbereid op de mens met 2 wielen. Vrolijk ‘Bonjour’ roepen help negen van de tien keer wel.

Dan blijft het dilemma over van de fietsstoep. Soms maken de Fransen van een brede stoep een fiets/wandelpad. Op de hoeken van de straat geven ze dan een klap op de stoeprand, zodat je niet hoeft af te stappen. Netjes laten aflopen zodat je niet bij iedere kruising al je vullingen kwijt bent, is dan teveel gevraagd. Met als gevolg dat bijna alle fietsers de rijbaan verkiezen boven de fietsstoep. En dat leidt dan weer tot getoeter van automobilisten die vinden dat je gebruik moet maken van de speciaal voor jou gecreëerde fietsstoep.

Voor wie is deze route?

Ik vind het altijd een beetje lastig in te schatten voor wie een route geschikt is. De route die we gefietst hebben, zou ik niet direct aanraden aan iemand die voor het eerst op fietsvakantie gaat. Teveel steile klimmetjes en lastige off-road stukjes. Aan de andere kant, als je midden 30 bent en in top-conditie, dan zie ik geen enkele belemmering.

Een andere indicatie is misschien dat ik vrij vaak andere (vakantie)fietsers heb zien lopen, omdat de weg te steil was, of de ondergrond wel heel instabiel. Wij zijn beiden redelijke klimmers en komen ook op hellingen van boven de 10% – zei het hijgend – wel boven. Dat is deels conditie, maar ook deels ervaring. Ik beschouw onszelf niet als super talentvol. Als je nog nooit hellingen van meer dan 10% hebt gereden, zal de eerste zeker niet makkelijk zijn. Daarnaast gaan de hoogtemeters ook in de benen zitten. Het is een meerdaagse tocht, dus je lichaam moet kunnen herstellen van de inspanning van de vorige dagen. Onze tocht kende bijna 11.000 hoogtemeters. Dat is ongeveer 900 hoogtemeters op de 100km. Met een racefiets zonder bepakking is dat wellicht geen probleem, maar op een vakantiefiets met bepakking begint het een factor te worden.

We hebben vele bikepackers op de route gezien. Bikepackers hebben over het algemeen minder spullen en dus minder gewicht bij zich. En ondanks dat ik op fiets fora zie dat er anders over gedacht wordt, vind ik gewicht echt cruciaal. Zeker als het omhoog gaat. Wij hebben respectievelijk 21 en 12 kilo aan onze fietsen hangen. Onze fietsen zijn met 17 en 18 kilo zeker niet licht te noemen.

All deze overwegingen kunnen natuurlijk de prullenbak in als je op een elektrische fiets gaat zitten. Ook daar hebben we er vele van gezien en ook in vele variaties. Van herkenbare stads e-bikes met accu onder de bagagedrager, tot ‘spacy’ Duitse modellen met middenmotor en een in het frame geïntegreerde accu. De meeste waren MTB modellen met ondersteuning. Ik heb 1 E-Gravelbike gezien, maar dan weer zonder bepakking.

Als je een keert een meerdaagse tocht door Zuid-Limburg of vergelijkbaar terrein hebt gedaan en dat is je goed bevallen, dan kun je onze tocht ook aan. Dus zo moeilijk is het nou ook weer niet.

Navigatie

Altijd een van mijn favoriete onderwerpen. Waarschijnlijk omdat ik er zo slecht in ben. Ik heb geen richtingsgevoel en heb regelmatig meer oog voor de omgeving dan voor mijn Garmin. Toch hebben we niet veel fout gereden deze vakantie.

Dat komt misschien door het driedubbele navigatiesysteem. Madeleine had het papieren deel van dit systeem met routeboekjes. Veelal kaartjes van onvoldoende detailniveau, maar wel weer met nuttige tekstuele aanwijzingen. Ik had de 2 digitale delen met een Garmin en de route in Maps 3D met off-line detailkaarten en in Google maps. Ook had ik een backup voor mijn Garmin geregeld met Komoot.

Ik heb een haat-liefde verhouding met mijn Garmin Edge Explore. Het ding was met €219,- niet al te duur en heeft in principe alle functionaliteit die ik nodig heb, namelijk navigeren. Het scherm en de piepjes voor koerswijziging zijn duidelijk. De moeder van het probleem dat ik met deze Garmin heb, is de te kleine accu. Als ik de Garmin gebruik zonder energie besparende maatregelen, dan is het na een uur of 3 tot 4 wel gedaan met de accu. Voor dagritten heb ik dan een probleem. Gelukkig kent de Garmin energiebesparende mogelijkheden, maar die zorgen er voor dat mijn Garmin af en toe vast slaat. Soms krijg ik alleen even geen beeld meer en soms slaat het ding volledig vast, waardoor een reboot nodig is. In de energie bespaar stand red ik het wel om een dagrit te rijden zonder bij te laden.

Naast het energieprobleem is een overzicht krijgen van waar je bent, bijvoorbeeld als je fout gereden bent, niet echt makkelijk. Om een indruk te krijgen van mijn omgeving gebruik ik Maps 3D op mijn iPhone. Feitelijk een GPX viewer, waarin je kaarten off-line kunt opslaan, zodat je geen internet nodig hebt. Zelfs in een behoorlijk georganiseerd land als Frankrijk is 4G ontvangst niet overal een zekerheid. Als ik op zoek ga naar een supermarkt, camping of bezienswaardigheid, gebruik ik Google Maps. Via My Maps van Google kun je de route in Google Maps krijgen. Dat vergt wat kennis, want Google heeft deze functie een beetje verstopt.

Toen we bij Caen de Vélo Francette moesten volgen, bleek dat mijn GPX’en op de Garmin de verkeerde rijrichting hadden. Ik weet niet hoe ik dat op de Garmin moet omdraaien. Ik heb het nog geprobeerd door ze in Komoot om te draaien en de nieuwe GPX naar de Garmin te downloaden, maar dat werkte niet. Waarschijnlijk deed ik iets niet goed, maar op zo’n moment heb ik niet het geduld om dat uit te zoeken. Ik heb de ‘omgedraaide’ route in Komoot gebruikt en heb de rest van onze tocht met Komoot genavigeerd.

Na 3 dagen Komoot ben ik er wel achter dat qua navigatie dat beter is dan mijn Garmin. Mooier scherm, snellere respons en meer overzicht door meer detail en makkelijker in- en uitzoomen. Enige nadeel is dat de batterij van mijn iPhone nog harder leegloopt dan die van mijn Garmin. Dat valt op te lossen door een extra powerbank, maar dat is weer een hoop gewicht en je moet dan op elke overnachtingsplaats wel stroom hebben om je pokerbank weer op te laden. Energie besparen kan, maar dan valt je scherm uit. Dat scherm kan alleen maar weer open met een code of Face-ID en die Face-ID doet het niet als ik een zonnebril draag. Als je snel moet beslissen of je links- of rechtsaf moet en je moet eerst een 6-cijferige code invoeren, dan ben je altijd te laat.

Dat laat me dan achter met de twijfel of ik voor veel geld een hele goede Garmin (of Wahoo) moet kopen, of dat ik investeer in een powerbank en het gewicht en oplaad stress voor lief neem.

De mooiste

De mooiste rit was etappe 13 vanuit Vauville. Dat was ook direct de zwaarste etappe met 911 hoogtemeters in 62 kilometer. De saaiste rit was etappe 2, omdat we daar continue op een Voie Verte zonder uitzicht zaten. De mooiste foto die ik gemaakt heb, is een foto uit etappe 12.

Kust bij Vauville

De leukste camping was zeker Les Salines in Plurien. Schoon sanitair, goed plekje met gras en gezellig barretje met lokaal bier en prima café voedsel. We kregen ongevraagd een verlengsnoer om de stroom naar onze tent te brengen en er was een broodservice.

Ik kan geen keuze maken welke camping het slechtst was. Ook gezien de prijs, vinden we de 3 en 4 sterrencampings geen aanraders. Camping Municipals zijn prettig geprijsd en over het algemeen prima voor trekkers. Hou er in Frankrijk rekening mee dat faciliteiten voor trekkers meestal beperkt zijn. Picknick banken, slecht weer faciliteiten, koelkasten en specifieke trekkersveldjes zijn schaars.

We hebben 2 keer een hondendrol op onze plek mogen aantreffen. Kritiek op honden en hun eigenaren ligt gevoelig, maar we zagen regelmatig honden uitgelaten worden óp de camping.

De meest indrukwekkende bezienswaardigheid was voor ons Pointe du Hoc. De Amerikaanse begraafplaats en Utah Beach waren ook indrukwekkend, maar vooral de kraters van de granaatinslagen bovenop Pointe du Hoc maakten een diepe indruk op ons.

Statistieken

We hebben 1.434 kilometer afgelegd in 19 etappes/fietsdagen. Daarbij hebben we 10.844 hoogtemeters overwonnen. De langste etappe was 119,3 kilometer en de kortste 42,3 kilometer. De etappe met het meeste hoogteverschil had 911 hoogtemeters en de etappe met het minste hoogteverschil had 208 hoogtemeters. We hebben 811 nieuwe tegels en 7 Franse departementen geraakt. Daarin hebben we 1 keer een lekke band gehad.

De goedkoopste camping kostte ons €5,50 (echt waar!) en de duurste €35,92. We hebben 2 keer boodschappen gedaan bij de Leclerc, 9 keer bij de Carrefour, 1 keer bij de Super U en 1 keer bij de Casino. We hebben 7 dagen met regen gehad, waarbij moet worden aangetekend dat het maar 1 keer echt geregend heeft. Voor de rest waren het vieze miezerbuien.

Leermomenten

Aantal kilometers

Het was de eerste rit van meer dan 2 weken sinds 2015 en dus was het weer even wennen. De belangrijkste constatering is dat we de dagafstand te strak hebben gezet. We zijn uitgegaan van etappes van ongeveer 70km. Op zich is dat fysiek niet een probleem, maar als je af en toe ook nog wat wilt zien en bezichtigen, dan is het voor ons wat veel. Soms zitten er meerdere bezienswaardigheden in een klein aantal kilometers. Dan heb je ineens een korte etappe. Dus moeten we de dagafstand naar beneden brengen, of een aantal ‘sprokkeldagen’ inplannen. We hebben ook wel eens behoefte om lekker vroeg op de camping te zijn om een boek te lezen (Madeleine) of om te luieren (Marc).

Daarnaast is het terrein mede bepalend voor het aantal kilometers dat je kunt maken. Het maakt nogal wat uit of je een vlakke weg hebt, of een die op en neer gaat. En vergis je ook niet in de extra energie die onverhard fietsen kost.

Onderhoud

In de blog heb ik het er al uitgebreid over gehad, maar een beetje preventief onderhoud kan geen kwaad. Op aandringen van Madeleine heb ik 2 nieuwe buitenbanden om mijn Santos gegooid, maar ik heb de binnenbanden niet vervangen. Bij de binnenband om het voorwiel scheurde het ventiel er volledig uit en bij de binnenband om het achterwiel kon je het ventiel niet meer opendraaien, zonder de kern (core) mee te draaien. Dat laatste kan ook een effect zijn geweest van het zoute water.

Preventief je binnenband na 11 jaar vervangen is een goed idee

Ik was ook zo verstandig geweest om geen handpomp mee te nemen. Ik had een Co2 pomp met 2 patronen bij me. Toen ik een patroon had gebruikt om een medefietser te helpen en ik een lekke band kreeg, leek de voorraad Co2 ineens niet meer zo ruim als dat ik dacht. Op de route zijn we weinig fietsenzaken tegengekomen. Maar in een beetje plaats van formaat zit er een Decathlon. Dus daar heb ik naast een nieuwe binnenband en een Co2 patroon, ook maar een handpompje gekocht.

Vooraf twijfelde ik of ik mijn oude, bijna lege, flesje met wax mee moest nemen, of toch mijn nieuwe volle flesje. Qua gewicht was het aantrekkelijk het oude flesje mee te nemen, maar ik heb ergen in een helder moment bedacht dat het beter was het nieuwe mee te nemen. Door het vele gravel in de route en het zoute water, kon ik om de andere dag de ketting smeren. Daarbij denk ik dat wax minder lang zijn werk doet dan olie.

Slapen

Goed slapen is voor ons belangrijk. Een redelijk bed daardoor ook. We hebben nu 7 cm dikke luchtbedjes. Dat is al veel beter dan de 2,5 cm dikke selfinflaters van daarvoor, maar aangezien we nu toch een nieuw matje moeten kopen, zal het een 10cm dik matje worden.

Inmiddels zijn er 2 naden gesprongen
Winkels

Vertrouw niet op kaarten, routeboekjes of Google maps als het om winkels aankomt. We zijn 2 keer langs een winkel gereden met het idee dat er verderop nog wel een winkel was. Als dan blijkt dat je ‘intel’ niet in orde is, heb je ineens geen eten meer. We hadden dan wel weer wat noodrantsoen in de vorm van energierepen en bananen bij ons.

Eten

Na een dag of wat was onze verbranding aardig op peil gekomen en hadden we meer nodig dan dan we met ontbijt, lunch en avondeten bij elkaar konden sprokkelen. We hebben 2 keer tegen een hongerklop aangezeten. Dat hebben we opgelost door een extra stop met banaan, crêpe of toetje (Danone vanillevla). Wat we anders altijd deden en wat we dit jaar eigenlijk niet gedaan hebben is ‘snoepen’. Met name de ‘middagborrel’ met chips, noten en harde worst is achterwege gebleven. We zijn beiden wel wat gewicht kwijtgeraakt, maar dat is voor ons niet zo erg.

Lekker en vers, maar winkels zijn wel eens schaars
Kleding

Ik had niet helemaal de juiste kleding bij me. Het was mede door de wind vrij fris. Ik heb een flinterdunne (want licht) lange broek, maar die houdt me niet warm. Gelukkig had ik die ervaring al opgedaan bij het bikepacken en dus had ik een thermobroek meegenomen. Met thermoshirt, fleece trui en (dunne) Softshell heb ik het de meeste dagen en avonden warm kunnen houden. Vooraf twijfelde ik of ik mijn donzen puffer had moeten meenemen. Dat heb ik uiteindelijk niet gedaan en daar had ik wel spijt van. De zwembroek was uiteindelijk overbodig, maar dat weet je nooit van te voren.

Schade

Elke vakantie gaat er wel wat stuk. Zo ook deze vakantie. Het vervelendste en duurste was mijn Exped Synmat UL 7 LW matje. Eigen schuld zijn 2 verroeste kettingen doordat ik zonodig over een getijdeweg meestrijden terwijl het geen eb was. Daarnaast heb ik mijn spiegeltje (rule #66) verloren door mijn fiets om te laten vallen. Ik ben een keer op een haring gestaan en die is nu onherstelbaar krom. De bidon waar ik altijd isotone drank in doe, is beschimmeld van binnen en dus aangeboden aan het recycleperron.

Wat zout water met je ketting doet

Losse vragen

Kanozak achterop

Een lezer vroeg zich af waarom mijn kanozak in de lengterichting op mijn bagagedrager ligt en niet – zoals gebruikelijk – dwars op mijn achtertassen. De vraagsteller vroeg zich af of het met aerodynamica te maken had. Op zich geen gekke gedachte, maar de echte reden is dat ik op deze manier mijn achtertassen open kan maken en er zelfs vanaf halen, zonder mijn kanozak te verwijderen. Tip: Ook kun je op deze manier de spanbandjes door de hengsels van de tassen voeren, zodat de tassen er niet zomaar af te jatten zijn.

De kanozak in de rijrichting
Reserveren

Een andere vraag, die we ook zelf hadden, was of we campings en hotels moesten reserveren. In Augustus is aan de Franse kust een hotel boeken op de dag van aankomst een hele uitdaging. Madeleine heeft het meermalen geprobeerd, maar altijd was het antwoord ‘complet’. Het woord ‘complet’ hebben we 1 keer bij een camping mogen ontvangen. Ook ‘complet’ voor zielige fietsers met een klein tentje. Het probleem aan de kust is dan weer niet zo groot, want de campingdichtheid is best hoog. Dus het reserveren van campings was niet nodig, het reserveren van hotels of Gîtes zeker wel.

Corona maatregelen

Frankrijk stond op rood in het Corona overzicht. Het heeft ons niet weerhouden. Je wordt bij bijna alle horeca gelegenheden naar je ‘pass sanitaire’ gevraagd en mondkapje zijn binnen verplicht en ook op sommige drukke punten buiten, zoals winkelstraten en toeristische trekpleisters. Op campings moet je officieel een mondkapje op in het toiletgebouw, maar niemand doet dat. Als een camping horeca heeft en/of een zwembad, zijn ze verplicht naar de ‘pass sanitaire’ te vragen. Sommigen doen dat ook. De doorreis door België en Frankrijk was geen enkel probleem. We zijn nergens aangehouden bij de grens. In de trein gelden dezelfde regels als bij ons.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.