Rusthartslag, wat kan je er mee?

Degenen onder ons die al wat langer met een hartslagmeter rondfietsen zullen al wel bekend zijn met de zogenaamde hartslagzones. Meestal worden 5 zones gebruikt, waarbij de lage zones corresponderen met lage inspanning en de hogere zones met intensieve trainingsinspanningen. Simpel gezegd: zone 1 is een eitje, zone 5 extreem zwaar. De zones worden bepaald aan de hand van je persoonlijke maximale en minimale hartslag.

Je maximale hartslag (max HR) wordt met name bepaald door je leeftijd. Hoe ouder je bent, des te lager je max HR is. Conditie heeft vreemd genoeg geen enkele invloed op je max HR. Je min HR (ook wel rusthartslag genoemd) is echter wel degelijk afhankelijk van je lichamelijke gesteldheid en dus ook van je conditie. Heb je een goede conditie, ben je niet ziek of onlangs ziek geweest en slaap je voldoende? Dan is je min HR waarschijnlijk laag. Zodra je lichamelijke gesteldheid op de een of andere manier achteruit gaat, heeft dat meestal tot gevolg dat je min HR omhoog gaat. En dit is vrij eenvoudig te meten.

Je rusthartslag meet je het beste met een hartslagmeter (dat kan met een smartphone of met een stopwatch). Belangrijk is dat je gaat liggen of zitten en je even enkele minuten volledig ontspant. Meet na ongeveer 2 minuten je hartslag et voilà, je weet je rusthartslag. Eventueel herhalen en het gemiddelde berekenen. Maar nog veel makkelijker is het gebruik van een activity tracker. Zelf gebruik ik een Garmin Forerunner FR35. Deze apparaatjes kunnen de hele dag en nacht je hartslag in de gaten houden en vaak kun je dan met een app op je smartphone zien wat je hartslag gedurende elk etmaal was, inclusief je rusthartslag.

Garmin app met de gemeten min HR (blauw) voor een maand
Garmin app met de gemeten min HR (blauw) voor een hele maand

Nou is het probleem met die apps vaak dat het er best leuk uitziet, maar dat je niet veel mogelijkheden hebt om de data anders weer te geven. De Garmin app toont bv de rusthartslag in dezelfde grafiek als de hoogst gemeten hartslag van de dag. Voor een goede analyse van de min HR is dit onbruikbaar, omdat kleine afwijkingen in de rusthartslag helemaal niet af te lezen zijn. Dus ben ik zelf maar aan de slag gegaan.

Via Garmin Connect (Garmins web-variant van de app) heb ik mijn dagelijkse rusthartslag van het afgelopen jaar kunnen downloaden. Dat lukte via de exportfunctie in het ‘rapport Hartslag in rust’. Na wat gestoei met de data in LibreOffice (je kan ook Excel gebruiken), heb ik de volgende grafiek weten te maken:

Ten eerste toont deze grafiek (blauw) mijn min HR van het hele jaar per dag. Dat is al veel uitgebreider dan de meeste app-dashboards. Verder heb ik de HR-schaal op de verticale as beperkt tussen 45 en 70 bpm (beats per minute). Dat zorgt ervoor dat je duidelijk de fluctuaties van de hartslag over de dagen kan zien. Tot slot heb ik twee voortschrijdende gemiddelden toegevoegd (de rode en gele lijn). Simpel gezegd geven deze een trend aan.

Wat duidelijk is te zien, is dat mijn min HR daalde sinds april en enigszins steeg vanaf augustus. In de zomer fiets ik het meeste, dus dat is verklaarbaar. Maar vanaf december stijgt hij ook. Mijn verklaring is dat dit komt doordat ik de laatste 2 weken nauwelijks heb gesport door een blessure en door drukte op het werk.

Je rusthartslag is in het algemeen een goede indicatie voor je gesteldheid. Stress, ziekte, en verminderd bewegen kunnen je min HR verhogen. En met de juiste -en eventueel zelf gemaakte- tooltjes kun je dus al een trend van enkele slagen per minuut waarnemen. Ik heb wel eens gelezen dat een verhoogde rusthartslag zelfs een ziekteperiode of overtraining kan voorspellen. Gelukkig ben ik erg weinig ziek, dus dat kan ik niet uit ervaring bevestigen.

Dus mocht je je rusthartslag eens goed willen analyseren, dan zijn er verschillende mogelijkheden, waarvan een activitytracker toch wel de handigste is. Probeer ook vooral de apps en dashboards die erbij horen eens goed uit en ga gewoon eens aan de slag met je data door op zoek te gaan naar de export-knop. Veel plezier!

~ Ronald van Gimst

Gravel Ride Ommen (46km)

Bij kasteel Eerde

Vandaag met Jaap een tocht van Gravelrides.cc afgehaald en naar Ommen afgereisd. Onderweg moest de zonneklep al naar beneden en dat was beter dan voorspeld. Aan de andere kant trok de wind ook flink aan de auto, dus dat zou nog wel eens vervelend kunnen worden.

Aan de rand van Ommen hebben we de echte gravel bike van Jaap en mijn ‘Wannabe’ uit de auto gepeuterd en was het even aftasten welke set kleding aan moest. Met 8 graden was het niet koud, maar de wind kon nog wel eens vervelend door je jasje blazen. Uiteindelijk gekozen voor een dubbel thermoshirt en een wielershirt met lange mouwen. Dat bleek de juiste keus.

De route kent wel wat asfalt, maar is grotendeels we onverhard. Verwacht echter niet al teveel single tracks en juist wel veel zand- en modderpaden. Vaak ook gewoon naast een fietspad, dus dan is de verleiding groot om je stuur die kant op te richten.

Daarnaast was het nat op de grond. Vrij veel plassen en modderpoelen. Maar dat weet je als je in de winter over onverharde paden denkt te moeten rijden. Gelijk even goed de winterschoenen op waterdichtheid getest. Check!

De omgeving van Ommen doet meer denken aan Duitsland dan aan Nederland. Alleen als je een huisje tegenkomt weet je dat je nog aan deze kant van de grens zit. De afwisseling van bos en akkers is net zo prettig als de afwisseling van zand en asfalt. Af en toe moesten we best even bijkomen van de zwaar zuigende modder. Jaap heeft op die stroken echt wel voordeel van zijn 40mm bandjes.

Overijsselse Vecht

Had ik net vrijdag geroepen dat ik zo weinig lekke banden heb gekend in 2019….. Op de valreep toch nog een. Niet erg natuurlijk, dat ben ik wel vaker tegengekomen en een gravel ride is geen wedstrijd. Totdat bleek dat ik een lek reservebandje had meegenomen. Hoe dom kun je zijn. Dan maar het reservebandje van Jaap geleend en hopen dat er niet meer lek in de lucht zou hangen.

Genietend van de omgeving, kwam ik ook dit keer weer op verrassende wijze achter een feature van mijn Garmin Edge. Het apparaat blijft me verbazen. Dat krijg je er ook van als ze er niet eens een handleiding bij leveren. Garmins zijn voor techneuten, die lezen toch geen handleidingen. De nieuwe feature was dat de ‘swipe’ mijn niet naar een ander schermpje bracht, maar alleen maar de kaart verplaatste. Iets waarvan ik niet eens wist dat het kon. Wel zag ik ineens geen mogelijkheid meer om het scherm met afgelegde kilometers tevoorschijn te toveren. Bij een stapje wilde ik dat Jaap ook laten zien en toen deed ie weer ‘normaal’. Ti-ta-tover Garmin.

Even was er nog twijfel of toch niet voor de 85km hadden moeten gaan, maar de laatste kilometers met tegenwind door het zand maakte wel duidelijk dat voor het ,leuke 46km echt genoeg was. Dus de lokale koffietent opgezocht voor koffie en appeltaart. Toen bleek de 46km keuze ook weertechnisch de goede. Het trok dicht en het begon te spetteren.

We komen zeker nog een keer terug in Ommen om de 85km route te doen, want het is er buitengewoon mooi. En natuurlijk om de rest van de tegeltjes op te halen. Vandaag toch maar weer 24 nieuwe tegels verzameld.

~ Marc Zijlstra

Tegeltjes fietsen

Een leuk competitief spelletje, of een doorgeslagen nerd game voor data freaks. De meningen liggen ver uit elkaar als het om ‘tegeltjes rijden’ gaat. Vorm zelf je oordeel en bedenk of het voor jou op een uitdaging lijkt of op een afwijking voor sneue oude mannen.

Dan moet ik denk ik eerst beginnen met uit te leggen wat ‘tegeltjes rijden’ is en waar het vandaan komt. Laat ik met het laatste beginnen. In 2012 startte Ben Lowe met de ontwikkeling van VeloViewer, een app die jouw data uit Strava haalt om er op allerlei manieren inzicht in te verschaffen. Je krijgt van alle nuttige en ook minder nuttige data prachtige grafieken. Superhandig als je een beetje bij wilt houden wat je zo gemiddeld in een jaar doet aan sport. Natuurlijk moet je wel al je activiteiten in Stava registreren, maar wie doet dat nou niet….

Een van de overzichten in VeloViewer

Eén van de coole features van VeloViewer is de ‘map’ met activiteiten. De kaart wordt zoals gebruikelijk netjes verdeeld in vierkantjes. Deze vierkantjes zijn ongeveer 2 bij 2 kilometer groot. Als jouw in Strava geregistreerde activiteit door een vierkantje komt, vinkt VeloViewer het vierkantje af en geeft het een andere kleur. De vierkantjes heten in het Engels ‘tiles’, letterlijk vertaald in het Nederlands naar ‘tegeltjes’. Je kunt dus op deze manier ‘tegeltjes’ verzamelen. VeloViewer houdt natuurlijk keurig bij hoeveel tegeltjes je hebt verzameld en als je een beetje competitief bent ingesteld, dan biedt een blik op het ‘leader board’ onmiddellijke deceptie.

Maar de ultieme uitdaging is de ‘max square’. VeloViewer zoekt voor je uit wat je maximale vierkant is van verzamelde tegeltjes. Dat is al een stuk lastiger dan gewoon tegeltjes verzamelen. Want er zitten ook moeilijke en onmogelijke tegeltjes tussen. Tegeltjes op het IJsselmeer of midden op een militaire basis. Maar ook lastige tegeltjes in bossen zonder fietspad. Daar begint mogelijk de uitdaging. Hoe haal ik dat specifieke tegeltje dat ik nodig heb om mijn ‘max square’ uit te breiden. Hoever je wilt gaan, bepaal je zelf.

Mijn ‘Max square’

Mijn ‘max square’ is 18 bij 18 tegeltjes. Dat is in vergelijking met de echte toppers helemaal niets. Die halen vierkanten van 50 bij 50. Maar voor mij zit het niet in de competitie met anderen. Er zijn, als ik Strava mag geloven, ook gasten die 43.000 kilometer in een jaar fietsen. Dat kan ik niet helemaal rijmen met een normaal leven.

De grap van het tegeltjes rijden is dat ik op zoek ga naar nieuwe routes. Op die manier kom je op plekken, waar je anders nooit zou zijn gekomen. Dat is niet alleen maar positief. Soms rijd je echt over de meest verschrikkelijke industrieterreinen, jezelf afvragend of je niet een andere hobby moet bedenken. Maar als je dan weer ergens een mooi plekje in een onbekend bos tegenkomt, dan is de lelijkheid van het industrieterrein snel vergeten.

Plekjes waar je anders niet komt – En dit is nog maar Flevoland

En dan natuurlijk die moeilijke tegeltjes. Sommigen deinzen er niet voor terug om tegeltjes te kanoën in de Biesbosch, of gebruik te maken van open dag van de Landmacht om lang gekoesterde legergroene tegels te bemachtigen. Waar ligt de grens. Ik heb besloten in principe niets te doen dat niet mag. Zonder helemaal een heilig boontje te worden, want soms is het gewoon moeilijk te bepalen of je er fietsen mag of niet. Maar als ik, zoals bij het Naardermeer een overduidelijk ‘verboden voor fietsers’ bord tegenkom, dan rijd ik niet door. Ook al laat dat een heel eenzaam niet geraakt tegeltje achter. Dan maar een hardlooprondje uitstippelen rond het Naardermeer.

De moeilijkere tegeltjes heeft me ook op de gravel bike gehesen. Nederland heeft veel paden en wegen waar je best mag fietsen, maar die niet zeer racefiets vriendelijk zijn. Je kunt daar natuurlijk prima overheen met een MTB of een trekking fiets, maar de combinatie van een racefiets en iets meer grip heeft ook wel wat. Je kunt wat sneller en dus iets meer kilometers maken en het is een stuk comfortabeler dan een MTB. Nu moet ik wel een beetje uitkijken dat dit geen column voor omroep Max wordt.

Dus nu ben ik avonden heerlijk bezig met nieuwe routes plannen. Hoe kun je zo efficiënt mogelijk zoveel mogelijk tegeltjes raken zonder wezen achter te laten? Waar mag je fietsen en waar niet? Waar kún je fietsen en waar niet? Gelukkig wordt de zoekende tegelzetter met de nodige middelen ondersteund. Zo heeft Strava weer een VeloViewer plugin waarmee je bij het plannen van je route je gereden tegels kunt zien. Dat maakt het efficiënt planen al een stuk makkelijker. Daarnaast heb je ook nog Google Streetview. Even ter plaatse kijken of je er kunt fietsen. Helaas is de resolutie meestal net niet genoeg om de bordjes te lezen. Zo kom je wel eens voor een pad te staan waar je wel kunt, maar niet mag fietsen.

VeloViewer plugin in Strava

Een mooie toevoeging is Gravelmap.com. Hier worden legale gravelpaden verzameld. Zo kun je in ieder geval zien waar je mag en kunt rijden. Ook zit er in veel navigatie software de mogelijkheid om open cycle maps te gebruiken. Die geven je dan de fietspaden. De Komoot app is daar denk ik wel het beste in.

Op de fiets is de combinatie van een Garmin Edge en een goede smartphone het meest ideaal. Voor de duidelijke stukken lekker doorrijden op de Edge en als het moeilijk wordt, of als je niet verder mag of kunt, dan bieden Google Maps en Komoot uitkomst.

Zo heb ik er in ieder geval een leuke nieuwe hobby bij, al begrijp ik best dat het nogal ‘nerdy’ overkomt. Eigenlijk is dat het ook wel. Maar het brengt je wel op hele speciale plekjes en het zorgt voor veel meer voorpret dan een route downloaden van een site. Ik vind de dingen om het fietsen heen misschien wel net zo leuk als het fietsen zelf. Ben jij meer voor het maximale aantal kilometers en geen gedoe, dan zijn sites als Gravelrides.cc en MTBRoutes.nl helemaal iets voor jou. Route downloaden en rijden maar. Misschien kom ik je wel tegen, want ook daar liggen tegeltjes.

Tegel fanaten met onder andere Yorick Dix (video van Karl Andersson)

Bouw je oude racefiets om tot een gravel bike

Gravel bikes zijn hot. Lekker rossen door de bossen, maar met wat meer comfort dan een MTB en wat minder angst voor stukken asfalt. Maar is het echt wel zo leuk als dat ze zeggen? Als je voor niet al te veel geld het eerst wilt uitproberen, kun je natuurlijk je oude racefiets ombouwen tot een ‘wannabe’ gravel bike. Als je de tijd hebt, kun je onderstaande video bekijken. De jongens van ‘Fietsen Natuurlijk’ laten hier zien dat ook amateur fietsenmakers dit (uiteindelijk) kunnen.

Plakbidon

Zo krijgt de wielerterm ‘plakbidon’ een hele nieuwe betekenis. De bidonhouder van mijn tot gravel bike omgebouwde racefiets is niet heel strak meer en dus schoot mijn bidon er op een wildrooster uit. Midden in een koeienvlaai. Gadver !

Welkom bij ‘Fietsen Natuurlijk !’

Vanaf vandaag is onze website in de lucht. Eerlijk gezegd hadden we verwacht eerder een podcast te hebben dan een website, maar soms lopen dingen anders. Wat niet anders is, is de passie voor de fiets. Of het nu op de website is, of in een podcast, de liefde voor de fiets kan overal gevierd worden.

Ronald en Marc

PS. de podcast houd je tegoed !