Soms lopen dingen anders dan gepland. En dat is niet erg. Vaak komen daar de leukste momenten voor terug. Het plan was om in Triesen op de enige officiele camping van Liechtenstein een rustdag te houden. De camping is daar zeer geschikt voor. Het heeft een zwembad, een klein winkeltje, slechtweer voorziening en een wasmachine. Maar de voorspelling van veel regen op onze rustdag deed ons anders besluiten.
We hebben er een halve rustdag van gemaakt en zijn vandaag ruim 20 kilometer doorgereden naar Feldkirch. Dar hebben we een hotel geboekt. Zo zitten we comfortabel en droog voor de voorspelde hoosbui en kunnen we Feldkirch bezoeken.
Bijkomend aspect is dat gisteravond in Triesen het al ging onweren en regenen en onze 2 jaar oude MSR tent niet meer waterdicht bleek te zijn. De tape van de naden laat los. Een fikse tegenvaller en eerlijk gezegd teleurstellend voor een tent van 2 jaar oud. Maar reden temeer om in een hotel te duiken als er 16mm regen wordt voorspeld.
De rit naar Liechtenstein was redelijk vlak. Af en toe een beetje op en neer, maar op een felle klim bij de Walensee na, niet spannend. Bij die felle klim gaf mijn Wahoo ruim 29% stijgingspercentage aan. Gelukkig was het maar een kort stukje.
We kunnen inmiddels wel zeggen dat de Seenroute de moeite waard is. Wij houden niet zo van lange rechte stukken langs kanalen, rivieren of oude spoorlijntjes. Dat is wel makkelijk fietsen, maar we vinden het wat saai. De Seenroute biedt heel veel afwisseling. Iedere dag kom je in ieder geval 1, maar meestal meerdere meertjes tegen, regelmatig fiets je over alpenweitjes en korte stukjes bos en er zijn dorpjes genoeg om boodschappen te doen, waarbij een aantal van die dorpjes best de moeite waard is om te stoppen. Natuurlijk is het niet alleen hosanna op route nr 9. Er zit ook een aantal verbindingsstukken in die je meestal over industrieterreinen leidt. Minder fraai, maar bijna onvermijdelijk.
Soms kom je nog een bijzonder gebouw tegen. Hoewel je hier niet over de landgoederen en kasteeltjes struikelt, kom je af en toe nog wel een slot of een burcht tegen. Die lijken dan meer op een groot uitgevallen boerderij dan op een kasteel. Niet chic of pretentieus. Geen woning voor een zonnekoning.
Aan de nummerborden zag ik dat we Liechtenstein binnen waren gereden. Madeleine hd op de brug over de Rijn het bordje en het wapen van Liechtenstein zien staan, maar die heb ik even glad gemist. Al het onderscheidend vermogen hebben ze in Liechtenstein in vervoermiddelen gestoken. De eerder genoemde mooie zwarte kentekens maakt het duidelijk dat je in een ander land zit, maar ook de bussen zijn in een keer groen en niet meer geel. Voor de rest is het net Zwitserland. De munteenheid is de Zwitserse Frank en de supermarkten zijn nog steeds de Coop en de Migros met hetzelfde assortiment als 10 kilometer verderop.
Wel belangrijk om te weten – en zeker voor onze zoon – is dat Liechtenstein een professionele voetbalclub heeft: FC Vadoz uit de hoofdstad Vaduz.
FC Vadoz speelt in het Rheinpark Stadion waar ook het nationaal elftal zijn thuiswedstrijden afwerkt. De naam van het stadion doet iets groot vermoeden met mogelijke optredens van Ed Sheeran en Ariane Grande, maar er passen uiteindelijk maar 7.500 man in. Daar kan ik laatdunkend over doen, maar het is een stadion waar Almere City FC een moord voor zou doen en heel Liechtenstein heeft maar 40.000 inwoners.
Etappe 10b van Triesen naar Feldkirch is afgezien van het Rheinpark stadion niet bijzonder. We volgen even route 35 in plaats van de 9 en verreweg de meeste meters zijn vlak. Ook het veelvuldig werken aan de weg hebben de Liechtensteiners overgenomen van hun Zwitserse buren. Alleen waar de Zwitsers netjes met bordjes een ’Umleitung’ aangeven, lijken daar de Liechtensteiners teveel naar de Fransen te hebben gekeken. De ’Umleitung’ moet je zelf maar uitzoeken.
Dat vergt een paar keer stoppen. Omdat dit een niet gepland stuk route is, heb ik hem niet in de Wahoo zitten en moeten we maar op de bordjes en de app van Madeleine vertrouwen. Met een beetje zoeken komt alles wel weer goed.
Het binnenrijden van Feldkirch is bijzonder. Je komt eerst in een woonwijk, dan ga je onder het spoor door en kom je op een industrieterrein waar de fabriekshallen nummers hebben. Aan je rechterhand is een dikke rotswand en je Google maps zegt dat je over 500 meter naar rechts moet. Hoe dan. En dan ineens is er een kloofje. Een riviertje stroomt door de rotswand heen, of – meer waarschijnlijk – het water heeft een opening gevonden in de stenen wand en de mens heeft daar dankbaar gebruik van gemaakt om Feldkirch te ontsluiten.
Madeleine had beloofd dat Feldkirch een leuk klein stadje was met een nog intact zijnd oud centrum. Ze heeft niet gelogen. Ik houd wel van die kleine ’Duitse’ stadjes met vakwerkhuisjes en authentieke details als gouden uithangborden en beschilderde kerkjes. Je loopt er in 20 minuten doorheen, tenzij je je voorneemt om ieder terrasje een drankje te doen. Dan heb je wel een week nodig.
Ons hotel in heet Gutwinski en ligt middenin het centrum van Feldkirch. Dat is de luxe die we ons sinds een aantal jaar permitteren. Als we naar een stad of stadje gaan, dan gaan, dan boeken we een hotel in het centrum. En als we op fietsvakantie zijn checken we ook nog even de reviews op de kwaliteit van het bed. Gutwinski heeft alles wat een goed hotel moet hebben. Een zeer fijn bed, een losse douche, zodat je niet in bad hoeft te te douchen, een airco en vriendelijk personeel. Het is een beetje aan de chique kant voor 2 fietsers, maar de medewerkers reageren geenszins afkeurend op onze fietskledij. Er is een schuur voor de fietsen en we zitten op loopafstand van winkels en restaurants. Nu kun je dat niet echt een pre noemen, want alles is in Feldkirch op loopafstand.
Het is half vier en het regent nog steeds niet. Madeleine heeft net een tafeltje gereserveerd in een goed restaurant. Dat kon alleen binnen volgens de eigenaar, want het ging vanavond hard regenen. We houden hoop.