Grensroute 2021 : Etappe 8 (Maastricht – Lemiers)

We dalen af naar het drielandenpunt. Dat klinkt een beetje raar als je bedenkt dat dit het hoogste punt van Nederland is. Maar de berg loopt in België nog een stukje door en is daar nog net even hoger.

De klim vanuit Moresnet Chapelle naar het drielandenpunt is pittig. Het grootste deel is onverhard en er zitten geulen in de gravel van stroompjes water die hier naar beneden moeten lopen tijdens stevige regenval. Wat dat betreft kun je beter in Vaals beginnen en naar Cadzand rijden. Maar de Vaalserberg als eindbestemming is zoveel leuker dan een lelijke badplaats.

Doel bereikt

De laatste etappe hebben we in 58km 777 hoogtemeters gemaakt. Dat is voor ons aardig wat. En het klopt ook wel. Van even buiten Maastricht tot aan Vaals is het zelden vlak. Het gaat op en neer. Het is ook zelden echt steil. De meeste klimmetjes lopen wel. De mooiste van de dag is de beklimming van de Kasteelstraat vanuit Sinnich. Deze loopt door het bos en kent zelfs haarspeldbochten.

De dag was begonnen met een ‘fraai’ uitzicht vanuit het Student Hotel en een niet al te best ontbijt. De prijs/kwaliteit verhouding van hotels is is in Antwerpen een stuk beter dan in Maastricht. Om toch de maag te vullen voor de vele klimmetjes, hebben we de voorgeschotelde roerei met spek maar opgegeten. Voor de rest lagen er nog 2 mini croisantjes en 2 mini pain-au-chocolat ons aan te staren.

Dan was het beter toeven in ‘t Bakhuis in Ulvend. Heerlijke appelvlaai met prima koffie. Lekker modern online te bestellen aan tafel met een QR-code en iDeal afrekening. Ik zag een tafeltje naast ons een oudere dame verward naar haar telefoon kijken. Gelukkig helpen ze ook nog mensen op de ouderwetse manier.

Bij ‘t Bakhuis vind je een complete reparatieset voor je fiets. Zoiets wat je ook wel bij een skilift vindt. Inclusief pomp, bandenlichters en inbusset. Je hoeft dus zelf niets mee te nemen, alleen goed timen wanneer je een lekke band krijgt.

In Ulvend is het tijd voor een lekke band

De bakker in Slenaken lijkt meer op een supermarkt. Dus we hadden zelfs keuze in wat we voor de lunch wilde eten. Natuurlijk hadden we ook bij een van de vele lunchgelegenheden kunnen gaan zitten, maar vaak zijn we gewoon blij van een bruine boterham met kaas.

Plombières uitzoeken als lunchplek is dan weer een minder goed idee. Het is een troosteloos dorpje waar het lokale café met een grote Belgische vlag nog hoop uitstraalt dat ze Europees kampioen kunnen worden. Het plein is op een oude man verlaten, het bankje staat scheef en de ergonoom die de rugleuning heeft ontworpen, zal daar geen prijs mee hebben gewonnen.

Je bereikt deze parel van de Voerstreek over een oud spoorlijntje dat met behulp van de Europese portemonnaie is omgetoverd tot een fietspad. Het asfalt is strak en je glijdt als het waren naar beneden. De subsidiepot was bij de sectie ‘bankjes’ zeker leeg. Niet 1 bankje langs dit mooie fietspad.

Monument voor de slachtoffers van de dodendraad bij de Kasteelweg

Nadat we het drielandenpunt achter ons hadden gelaten, zijn we via een tussenstop op een terras met uitzicht op Aken, afgedaald naar Vaals. Bij de lokale Appie het avondeten inslaan en op weg naar camping Hoeve de Gastmolen in Lemiers. Ons stond bij dat dit een natuurkampeerterrein was, maar dat lijkt niet (meer) zo te zijn. Nog steeds is het een prima camping met nieuw en schoon sanitair, kokend heet afwaswater en een trekkersveldje. De camping is ook autovrij, zodat je helaas niet aan al je campingburen kunt laten zien wat voor een dikke BMW je hebt. Voor fietskampeerders valt er wel te leven met een gebrek aan dieseldampen. Niet onbelangrijk is dat je bij de receptie koud bier kunt kopen en appelcider. Als is de laatste ons een beetje te zuur.

Breetuit op het trekkersveld van camping de Gastmolen

Tijdens de koffie hebben we de terugreis geregeld. Je moet tegenwoordig een reservering doen om je fiets mee te mogen nemen. Dat is even gedoe, maar met een beetje geduld, kom je er wel. Gelukkig heeft M. wel geduld. We mogen morgen nog een vijftiental kilometers naar Heerlen peddelen en daar wacht de NS geduldig op onze komst, om stipt om 11:19 uur te vertrekken.

Moresnet

Het Drielandenpunt was ooit een Vierlandenpunt. Het ministaatje Moresnet grensde net met een puntje aan Nederland. Lees hier het bizarre verhaal van een vergeten vrijstaatje.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.