Knipperende fietsverlichting is al een tijdje verboden. In 2007 is op verzoek van de minister van Verkeer en Waterstaat door TNO een onderzoek uitgevoerd naar afwijkende vormen van fietsverlichting. Hierin worden lampjes meegenomen die je aan de fiets of kleding kunt vastmaken maar ook knipperende lampen.
Toch is het onderwerp in 2021 nog steeds relevant, want ik kom nog veel ‘knipperlichten’ tegen op de weg. Ook was ik zelf niet op de hoogte van het feit dat knipperende fietsverlichting helemaal niet mag en je er zelfs een boete voor kunt krijgen. Ik ben in mijn recente ritten meermalen gepasseerd door een politieauto, terwijl ik een knipperend achterlicht had. Ik ben niet aangehouden, heb geen bon gehad en in Friesland stak de passerende politieman zelf een duim naar mij op.
Op basis van de uitkomst van het TNO onderzoek zijn in 2008 de toen geldende regels bijgesteld. Zo valt op de website van de Rijksoverheid te lezen dat fietsverlichting niet mag knipperen. Maar waarom? Een knipperend licht lijkt toch meer en beter op te vallen dan een lamp met een continue lichtbundel.
Toch niet, zo blijkt uit het onderzoek van TNO. Voor de opvallendheid van knipperende fietsverlichting komt TNO tot de volgende conclusies:
- Voorlampen die continu brandend een goede opvallendheid hebben, worden beperkt opvallender door knipperen. Voorlampen die continu brandend minder opvallen worden opvallender door knipperen.
- Knipperen draagt weinig bij aan de opvallendheid van achterlichten.
- Er is geen duidelijke verband tussen de knipperfrequentie en de opvallendheid van een fietslamp.
Op basis van de waarnemingstheorie en literatuur heeft TNO de volgende nadelen van knipperende fietsverlichting gevonden:
- Knipperende fietslampen kunnen de koers- en snelheidsinschatting voor het andere verkeer bemoeilijken. Dit probleem zal sterker spelen naarmate meer fietsers knipperende fietsverlichting voeren. Met continu brandend licht is de koers van een fietser voortdurend waarneembaar.
- In de hoek van iemands zicht kan een knipperende fietslamp verward worden met een hulpdienst. In het ‘perifere zicht’ wordt namelijk geen kleur waargenomen. Wanneer veel fietsers knipperende fietsverlichting voeren en weggebruikers daaraan wennen kan dat op termijn leiden tot devaluatie van de zwaailichten van hulpdiensten.
TNO komt tot de volgende aanbevelingen:
- Het gebruik van wit licht voor voorlichten van fietsers verdient de voorkeur.
- Continu brandend licht verdient de voorkeur boven het gebruik van knipperend licht.
- Bij bevestiging op het lichaam van de fietser moet de verlichting bij voorkeur duidelijk zichtbaar zijn.
- Het belang van een deugdelijke bevestiging en correcte uitrichting dient aan gebruikers duidelijk te worden gemaakt.
De reden waarom de meeste lampjes toch kunnen knipperen ligt waarschijnlijk in het feit dat het wel mag in andere landen en dat het cool en tof wordt gevonden en er dus ook een commercieel belang is. Je kent misschien de Facebook advertenties van prachtige spaakverlichting die van je fiets – afhankelijk van je smaak – een kunstwerk of een rijdende hoerenkast maakt. Wat je er ook van vindt, het mag niet.
Opvallend is ook dat verlichting op het hoofd niet is toegestaan. Ik ben er op de weg nog niemand tegengekomen met een Petzl op zijn hoofd, maar op Facebook en op verschillende blogs ben ik ze al meermalen tegengekomen. Het vervelende voor de medeweggebruiker is natuurlijk dat de lichtbundel meedraait met het hoofd. Als je naar links kijkt, lijkt het alsof je naar links gaat terwijl je rechtdoor rijdt. Dat is verwarrend voor je medeweggebruiker.
Een relatief nieuwe ontwikkeling die niet is meegenomen in het onderzoek, is het remlicht. Een achterlamp als bijvoorbeeld de Sigma Blaze heeft een remlicht functie. Ook op elektrische fietsen zie je het steeds meer. Wel komt het nog zo weinig voor, dat je er eigenlijk niet op let. Waar je in de auto in een reflex reageert op de remlichten van degene die voor je rijdt, ‘triggert’ dat op de fiets een traag proces als; “Hé, dat lampje gaat feller branden, zou er iets mis mee zijn. Ohh, het zou wel eens een remlicht kunnen zijn, ik heb laatst gelezen dat die bestaan. Dan kan het zijn dat die fiets aan het remmen is en is het misschien verstandig mijn handen naar mijn remhendels te brengen. Inderdaad, de fiets komt angstvallig dichtbij, laat ik maar eens gaan remmen.”
Als Covid iets duidelijk heeft gemaakt, dan is het dat we niet zomaar iets accepteren omdat de overheid het zegt. Dus dan op basis van argumenten. En knipperende fietsverlichting levert dus niet meer zichtbaarheid op, terwijl het wel tot verwarring leidt. Voor mij goed om te weten. Ik zet mijn lampjes de volgende keer op de ‘niet-knipper’ stand.
Interessant is dat het TNO-onderzoek uit 2008 niets meldt over dagrijverlichting. Dat was in 2008 echter ook nog niet actueel voor fietsers, maar nu wel!. Het toenmalige onderzoek gaat alleen over rijden in het schemer, donker en bij slecht zicht. Ik heb diverse andere onderzoeken gelezen waarin op wetenschappelijke basis is onderzocht dat knipperende verlichting overdag tot een veel betere zichtbaarheid leidt dan continu brandende verlichting. Ik heb dagrijlampjes op mijn gravelbike zitten die ook alleen maar een (willekeurig!) knipperpatroon uitstralen dus ik zou bijna zeggen: bekeuring uitlokken en een proefproces starten want ik accepteer de onderzoeksresultaten van TNO wel (hoewel ik er twijfels bij heb over de conclusies) en ook de daaruit voortvloeiende wetgeving, maar we zijn wel ruim een decennium aan ontwikkelingen verder dus wetgeving kan ook achterlopen! Koers van de fietser lijkt mij nl minder relevant dan het simpele feit dat je opvalt en zichtbaar bent. En knipperende verlichting valt mij als automobilist (zeker bij regen!) veel eerder op dan een priegellampje dat een klein beetje rood licht uitstraat dat ook nog eens wegvalt in de achtergrond. En wel vreemd dat NL zo ongeveer het enige land in Europa is waar knipperende verlichting niet is toegestaan. Gelden de TNO-argumenten dan alleen voor NL? Kan me bijna niet voorstellen.