Een leuk competitief spelletje, of een doorgeslagen nerd game voor data freaks. De meningen liggen ver uit elkaar als het om ‘tegeltjes rijden’ gaat. Vorm zelf je oordeel en bedenk of het voor jou op een uitdaging lijkt of op een afwijking voor sneue oude mannen.
Dan moet ik denk ik eerst beginnen met uit te leggen wat ‘tegeltjes rijden’ is en waar het vandaan komt. Laat ik met het laatste beginnen. In 2012 startte Ben Lowe met de ontwikkeling van VeloViewer, een app die jouw data uit Strava haalt om er op allerlei manieren inzicht in te verschaffen. Je krijgt van alle nuttige en ook minder nuttige data prachtige grafieken. Superhandig als je een beetje bij wilt houden wat je zo gemiddeld in een jaar doet aan sport. Natuurlijk moet je wel al je activiteiten in Stava registreren, maar wie doet dat nou niet….
Eén van de coole features van VeloViewer is de ‘map’ met activiteiten. De kaart wordt zoals gebruikelijk netjes verdeeld in vierkantjes. Deze vierkantjes zijn ongeveer 2 bij 2 kilometer groot. Als jouw in Strava geregistreerde activiteit door een vierkantje komt, vinkt VeloViewer het vierkantje af en geeft het een andere kleur. De vierkantjes heten in het Engels ‘tiles’, letterlijk vertaald in het Nederlands naar ‘tegeltjes’. Je kunt dus op deze manier ‘tegeltjes’ verzamelen. VeloViewer houdt natuurlijk keurig bij hoeveel tegeltjes je hebt verzameld en als je een beetje competitief bent ingesteld, dan biedt een blik op het ‘leader board’ onmiddellijke deceptie.
Maar de ultieme uitdaging is de ‘max square’. VeloViewer zoekt voor je uit wat je maximale vierkant is van verzamelde tegeltjes. Dat is al een stuk lastiger dan gewoon tegeltjes verzamelen. Want er zitten ook moeilijke en onmogelijke tegeltjes tussen. Tegeltjes op het IJsselmeer of midden op een militaire basis. Maar ook lastige tegeltjes in bossen zonder fietspad. Daar begint mogelijk de uitdaging. Hoe haal ik dat specifieke tegeltje dat ik nodig heb om mijn ‘max square’ uit te breiden. Hoever je wilt gaan, bepaal je zelf.
Mijn ‘max square’ is 18 bij 18 tegeltjes. Dat is in vergelijking met de echte toppers helemaal niets. Die halen vierkanten van 50 bij 50. Maar voor mij zit het niet in de competitie met anderen. Er zijn, als ik Strava mag geloven, ook gasten die 43.000 kilometer in een jaar fietsen. Dat kan ik niet helemaal rijmen met een normaal leven.
De grap van het tegeltjes rijden is dat ik op zoek ga naar nieuwe routes. Op die manier kom je op plekken, waar je anders nooit zou zijn gekomen. Dat is niet alleen maar positief. Soms rijd je echt over de meest verschrikkelijke industrieterreinen, jezelf afvragend of je niet een andere hobby moet bedenken. Maar als je dan weer ergens een mooi plekje in een onbekend bos tegenkomt, dan is de lelijkheid van het industrieterrein snel vergeten.
En dan natuurlijk die moeilijke tegeltjes. Sommigen deinzen er niet voor terug om tegeltjes te kanoën in de Biesbosch, of gebruik te maken van open dag van de Landmacht om lang gekoesterde legergroene tegels te bemachtigen. Waar ligt de grens. Ik heb besloten in principe niets te doen dat niet mag. Zonder helemaal een heilig boontje te worden, want soms is het gewoon moeilijk te bepalen of je er fietsen mag of niet. Maar als ik, zoals bij het Naardermeer een overduidelijk ‘verboden voor fietsers’ bord tegenkom, dan rijd ik niet door. Ook al laat dat een heel eenzaam niet geraakt tegeltje achter. Dan maar een hardlooprondje uitstippelen rond het Naardermeer.
De moeilijkere tegeltjes heeft me ook op de gravel bike gehesen. Nederland heeft veel paden en wegen waar je best mag fietsen, maar die niet zeer racefiets vriendelijk zijn. Je kunt daar natuurlijk prima overheen met een MTB of een trekking fiets, maar de combinatie van een racefiets en iets meer grip heeft ook wel wat. Je kunt wat sneller en dus iets meer kilometers maken en het is een stuk comfortabeler dan een MTB. Nu moet ik wel een beetje uitkijken dat dit geen column voor omroep Max wordt.
Dus nu ben ik avonden heerlijk bezig met nieuwe routes plannen. Hoe kun je zo efficiënt mogelijk zoveel mogelijk tegeltjes raken zonder wezen achter te laten? Waar mag je fietsen en waar niet? Waar kún je fietsen en waar niet? Gelukkig wordt de zoekende tegelzetter met de nodige middelen ondersteund. Zo heeft Strava weer een VeloViewer plugin waarmee je bij het plannen van je route je gereden tegels kunt zien. Dat maakt het efficiënt planen al een stuk makkelijker. Daarnaast heb je ook nog Google Streetview. Even ter plaatse kijken of je er kunt fietsen. Helaas is de resolutie meestal net niet genoeg om de bordjes te lezen. Zo kom je wel eens voor een pad te staan waar je wel kunt, maar niet mag fietsen.
Een mooie toevoeging is Gravelmap.com. Hier worden legale gravelpaden verzameld. Zo kun je in ieder geval zien waar je mag en kunt rijden. Ook zit er in veel navigatie software de mogelijkheid om open cycle maps te gebruiken. Die geven je dan de fietspaden. De Komoot app is daar denk ik wel het beste in.
Op de fiets is de combinatie van een Garmin Edge en een goede smartphone het meest ideaal. Voor de duidelijke stukken lekker doorrijden op de Edge en als het moeilijk wordt, of als je niet verder mag of kunt, dan bieden Google Maps en Komoot uitkomst.
Zo heb ik er in ieder geval een leuke nieuwe hobby bij, al begrijp ik best dat het nogal ‘nerdy’ overkomt. Eigenlijk is dat het ook wel. Maar het brengt je wel op hele speciale plekjes en het zorgt voor veel meer voorpret dan een route downloaden van een site. Ik vind de dingen om het fietsen heen misschien wel net zo leuk als het fietsen zelf. Ben jij meer voor het maximale aantal kilometers en geen gedoe, dan zijn sites als Gravelrides.cc en MTBRoutes.nl helemaal iets voor jou. Route downloaden en rijden maar. Misschien kom ik je wel tegen, want ook daar liggen tegeltjes.
3 antwoorden op “Tegeltjes fietsen”