Apeldoorn – Parijs ~ Etappe 5 (Namen – Dinant) [31km]
De oevers van de Maas vormen een welkome afwisseling op de kaarsrechte spoorlijntjes van gisteren. En er was direct ook meer te zien langs de route. Even stoppen voor de traditionele ‘fiets voor bezienswaardigheid’ foto en met name de vele huizen in ‘haunted horror house’ stijl hadden onze aandacht. We wilden uiteraard een foto nemen van een treffend exemplaar, maar er mankeerde steeds wat aan. Te mooi, geen torentje, te nieuw of de steen niet grijs genoeg. Dus eindigden we met helemaal geen foto.
De hele etappe was niet meer dan 30 kilometer en dat alleen nog maar omdat we de camping voorbij zijn gereden om eerst Dinant te bezoeken. Een druk toeristisch stadje aan de Maas met leuk gekleurde huisjes en een onooglijke kerk met een citadel erboven. Het contrast tussen de liefelijke huisjes langs de Maas en deze 2 grijze kolossen is treffend. Ook honderden jaren geleden was er blijkbaar in België geen welstandscommissie.
Dinant is natuurlijk ook de stad van Adolphe Sax. De man aan wie de Saxofoon zijn naam dankt. Een beetje toeristisch stadje buit dat natuurlijk uit en dus stonden er overal grote beschilderde saxofoons. Maar het is ook de reden dat Dinant nog elk jaar een jazz festival huisvest. Uiteraard weer niet als wij er zijn.
De muziek die er wel was, kwam van een straatmuzikant met een versterkte akoestische gitaar, een beatbox en een microfoon. Madeleine had uitgevonden dat ze bij Solbrun de beste crêpes van Dinant serveerden. Dus wij hadden amper een tafel op het terras van Solbrun bemachtigd, toen Assurancetourix van wal stak. En hij beheerste het spel beter dan zijn zang. Keurig 3 nummers in 3 verschillende talen en dan langs de tafels voor een bijdrage.
De crêpes smaakten er niet minder om. Als je ooit in Dinant bent, dan kan ik je zeker Solbrun aanraden.
Maar waar we natuurlijk echt voor kwamen was Maison de Leffe. Speciaal hiervoor had Madeleine maar een halve etappe ingepland. Dat stelde mij in staat om de geschiedenis achter het bekende bier op te snuiven. En natuurlijk weet je dat AB InBev haar parel niet te grabbel gooit en er dus een gelikt ‘museum’ is met proeverij en een Leffe glas als aandenken. Lekker handig op fietsvakantie. Toch is het een bezoekje waard als je in de buurt bent.
Leffe
Onze geschiedenis vindt haar oorsprong in Notre-Dame de Leffe, een abdij van Norbertijner kanunniken die in 1152 werd gesticht. De Norbertijnen leven, net zoals monniken, in gemeenschap en volgens bepaalde regels. De kanunniken hebben echter een erg open blik op de wereld en engageren zich graag voor de mensen rondom hen. Daarom stonden de Norbertijnen sinds de stichting van de abdij bekend om de bijzondere aandacht die ze besteedden aan het onthaal van gasten en pelgrims.
Voor de talrijke pelgrims die de abdij passeerden, stond de deur altijd open… maar dat niet alleen.
1240
Vanaf 1240 brouwden de kanunniken bier in Leffe. De gasten en passanten konden hun dorst lessen met een gezond en verfrissend drankje. Het was ook een moeilijke periode: de talrijke epidemieën die het Europees grondgebied in die tijd teisterden, maakten het drinkwater onveilig. Gelukkig kwam er een ideale oplossing naar voren: het brouwen van bier. Tijdens het brouwproces doodde de kooktemperatuur namelijk de microben, waardoor bier wel veilig werd om te drinken. De kwaliteit van het water is met de eeuwen heen sterk verbeterd, maar het brouwen van bier is gebleven, ook bij de Norbertijnen in Leffe.
1929
Na de gebeurtenissen tijdens de Franse revolutie lag het religieuze leven even stil. Dit gold ook voor de Leffe abdij, die bovendien in het begin van de achttiende eeuw meermaals werd verwoest. In 1902 kwam de abdij tijdelijk terug in handen van Norbertijner kanunniken uit Frankrijk. Zij hebben de kerk en de abdij heropgebouwd. In 1929 werd de abdij van Tongerlo door een brand verwoest, waardoor de geestelijken uit de Kempen werden ondergebracht in de Leffe abdij. Na de heropbouw van de abdij in Tongerlo werd er beslist dat een deel van de kanunniken definitief in Leffe zouden blijven.
1952
In 1952 besloten vader-abt Nys en brouwer Albert Lootvoet de brouwtraditie van de abdij nieuw leven in te blazen. Door de jaren heen is er een uitgebreid assortiment van Leffe-bieren geboren en aan bierliefhebbers geserveerd.
De camping van vandaag is er weer een om in te lijsten. Het is weer een reis in de tijd. Douchen met een jeton en je eigen toiletpapier meenemen als je moet. De camping vormt een harmonieus geheel met haar vervallen omgeving. We staan wel met uitzicht over de Maas. Het uitzicht waar in vervlogen tijden de rijken per trein naartoe reisden om zo tot rust komen in een van de luxueuze hotels langs de rivier. Lang vervlogen tijden.
Apeldoorn – Parijs ~ Etappe 6 (Dinant – Chimay) [66km]
Paradijsvogels, zottekoppen en levensgenieters. Op een fietsvakantie kom je vaak meer tegen dan dat er in 1 ‘showroom’ passen. Gisteravond had Madeleine iets te diep in het Cola Zero glaasje gekeken, waardoor zij midden in de nacht een tocht naar het toiletgebouw moest ondernemen. Daar vond zij op de grond voor een toiletpot een laveloze vrouw. Toch maar even checken of alles okay was. Na wat geschut aan de haar voeten, kreeg ze haar aandacht. ‘Je suis malade’ was haar relaas. En als ze dat niet was, dan werd ze dat vanzelf wel gezien de vloer hygiëne op deze camping.
Het eerste deel van de route voert lans de Maas en is lang niet verkeerd. Het is weliswaar bewolkt, maar de temperatuur is prima en er is genoeg te zien. Niet alles is mooi, maar ook minder mooie dingen kunnen best interessant zijn. Mijn oog viel op een oud salonbootje voor een landhuis.
Een paar keer staken we de Maas over. Een pontje dat Madeleine voorzien had was pas vanaf 10 uur in de vaart en dus staken we over bij een van de vele ‘ecluses’ die dit deel van de Maas kent.
Terwijl ik de oversteek aan he filmen was, hoorde ik van achteren ‘doorrijden!’. Niet alle planken zaten meer op z’n plek en Madeleine had weinig vertrouwen in het Waalse keurmerk voor bruggen en sluizen.
Best abrupt verlieten we de Maas en vervolgden we onze weg over een – driemaal raden – omgetoverd spoorlijntje ‘all the way to Chimay’. We hebben inmiddels een best spoorfobie opgelopen. Natuurlijk is het mooi dat overheden veel tijd, geld en energie steken in het aanleggen van dit soort paden en natuurlijk is het makkelijk fietsen, maar het is ook wel saai om kilometers lang rechtuit te fietsen met als enige afleiding een hek of een paal om te waarschuwen dat er een kruising volgt.
Geluncht hebben we in Mariënbourg. Daar kunnen we kort over zijn. Als je er nooit geweest bent, houden zo. Niets te beleven anders dan een vriendelijke vrouw in een ouderwetse kruidenierswinkel.
Even na 1 uur denderen we Chimay al binnen. We doen boodschappen bij onze favoriete supermarktketen en glijden via het spoorlijnfietspad zo naar de camping. De lucht trekt langzaam open en de zon laat zich zien. Niet dat het rot weer was, maar zelfs de wolken wijken nu wat en laten wat zonnestraaltjes door.
Na het douchen is het tijd voor het hoogtepunt van de dag. Een bezoek aan het terras in Chimay waar je alle kleuren van de regenboog aan Chimay kunt drinken. Ik kies eerst voor een Dorée en dan voor een blauwe. ‘Whatever Chimay holds for me’.
Chimay Brouwerij
Er zijn slechts 14 abdijen wereldwijd, waarvan 6 in België, die authentieke trappistenbieren met het label “trappist” mogen brouwen. Chimay is daar één van. De trappistenbieren worden nog gebrouwen volgens de regels voor hoge kwaliteit van deze eeuwenoude brouwtradities.
In 1850 vestigde een tiental monniken van Westvleteren zich op het plateau van Scourmont om te doen wat ze tot op de dag van vandaag nog steeds doen: “de regio rond Chimay helpen”.
Om deze taak te volbrengen, besloten ze om een bier te produceren op basis van het water dat ze in overvloed konden halen uit de natuur van deze moerasachtige plateaus. Enkele jaren later openden ze de kaasmakerij…In deze prachtige regio kan u genieten van een ware ontdekkingstocht, maar ook van ontspannende momenten of momenten van pure rust op het binnenplein of in de tuinen en de kerk van de abdij.