Apeldoorn – Parijs ~ Etappe 1 (Apeldoorn – Megen) [73km]

“We wachten nog wel een uurtje.” We zouden om tien uur vertrekken, maar Buienradar overtuigt ons het vertrek uit te stellen. Prima keus, want als we daadwerkelijk in Apeldoorn de voordeur achter ons dichtrekken, miezert het nog wat, maar de echte dikke druppels zijn overgewaaid.

Het blijft voor ons altijd speciaal om vanuit huis ergens naartoe te fietsen. Ik vind het moeilijk te beschrijven wat dat precies is, maar het voelt altijd goed.

Het eerste stopje is Ugchelen. Daar leveren we de huissleutel in zoals je dat doet na je wintersport met de sleutel van je chalet. Jaap kijkt met enige verbazing naar mijn outfit. Een helm met een pet eronder een oranje sportbril met een inzetbrilletje een kek regenjack een MTB kortebroek en een paar fietsschoenen met daaroverheen overschoenen. Ik vroeg hem of hij verkering met me wilde, maar dat sloeg hij beleefd af.

Wat is de Veluwe toch mooi. Zelfs als het niet eens zo bijzonder weer is. Wij houden van bossen en die heb je hier voldoende, maar de afwisseling met de heidevelden en af en toe een dorpje maakt het compleet. Wat ook meehelpt is dat het hier glooit. Dat is misschien wat zwaarder fietsen, maar het geeft meer elan aan de omgeving.

“Ik ruik een piekbelaster”, klonk het plots achter mijn rug. En inderdaad, de stikstof gierde door onze neuzen en de ammonia drong diep door in de linker hersenkwab. We zagen bij elke omwenteling van onze pedalen de brandnetels en bramen centimeters groeien door de stikstof emissie. Toch apart dat je die lucht nu direct associeert met klimaatverandering. Vroeger rook het gewoon naar koeienstront.

Onder Ede verlaten we de Veluwe en wisselen de beboste heuvels in voor het rivierenlandschap. Het land van Rijn, Waal en Maas. Voor de afwisseling zeker goed. Dat is ook het mooie van Nederland. Iedere 100 kilometer weer een ander type landschap. Het verassende aan dit deel van Nederland is dat je eigenlijk door wat saai ogend boerenlandschap rijdt en dan opeens kasteeltjes, landhuizen en oude steenfabrieken tegenkomt.

Het is de dag van de drie pontjes. Je kunt natuurlijk een brug in het routeplan gooien, maar pontjes zijn altijd leuker. Zeker omdat de brug van de A50 de meest logische keuze zou zijn.

Op het eerste pontje kwam ik aan de praat met een mountainbiker die geïnteresseerd naar onze fietsen keek. Het is altijd leuk als er iemand geïnteresseerd naar je fiets kijkt. Tenzij hij van plan is hem ‘gratis’ van je over te nemen natuurlijk. Nu zijn onze fietsen al meer dan 10 jaar oud en hebben ze geen van de moderne snufjes waarmee de nieuwe modellen zijn uitgerust. Geen Pinion, geen bandaandrijving en zelfs geen schijfremmen. Toch ziet er blijkbaar indrukwekkend uit als je een fiets volhangt met tassen en er wat modder opspettert.

De blikken die je krijgt wisselen. De een kijkt met een blik van “Mijn hemel, mij niet gezien”, de ander kijkt meer als “Zou ik ook wel willen in plaats van mijn stacaravan in EuroParc”. En soms, maar steeds minder de blik “Ach, wat stoer dat ze zelfs als ze geen geld hebben toch op vakantie gaan.”

Onze landingsplek voor vanavond is Megen. Natuurkampeerterrein de Maasakker om precies te zijn. Een leuk klein campinkje met veel tentjes en trekkers. En dus met uitzicht over de Maasakkers en de toren van Appeltern.

Ons veldje staat vol, maar al onze buren besluiten uit eten te gaan, dus we hebben het rijk voor ons alleen. De campingeigenaar heeft het echt begrepen, want er staan 2 picknickbanken voor ons klaar. We beginnen de vakantie met ons groentepotje van spekjes, uit, paprika, champignons, mais en per ongeluk een beetje lokaal gras, maar dat weet Madeleine niet. We kunnen in een heerlijk avondzonnetje genieten van ons campingvoer. Uiteraard hebben we er weer lauwe cola bij om het weg te spoelen.

Luchtbedje – Exped vs Thermarest

Vorig jaar hebben onze 2 oude Exped Synmat UL 7 LW matjes de geest gegeven. Van beide matjes sprong er een baan, waardoor je matje een soort skippybal wordt. De duurzaamheid en de onvoorspelbaarheid baarden ons zorgen, dus gingen we op zoek naar een goed alternatief.

Het alternatief dachten we gevonden te hebben in de Topo Luxe slaapmat van Thermarest. Aangezien een slaapmatje een forse investering is (tussen de €150,- en €200,-), hebben we deze zomer een Thermarest matje en een iets nieuwer Exped Synmat matje meegenomen op onze trip door Zwitserland.

Dat we niet direct 2 Thermarest matjes hebben aangeschaft is achteraf een goede keuze. In de praktijk kleven er nogal wat nadelen aan de mat.

Thermarest Topo Luxe 10 LW

Pros

  • Comfortabel, slaapt prima
  • Mooie kleur
  • Lengte (197 cm zorgt voor warme voeten
  • Matje kraakt minder dan de Expeditie

Cons

  • Kost veel tijd/moeite om op te blazen
  • Comfort van 10cm dikte ten opzichte van 7cm is te verwaarlozen
  • Pompzak is te smal en lekt bij de naden
  • De pompzak aansluiten op het ventiel gaat lastig
  • Ventielen zijn lomp en bij een opgerold matje zitten ze in de weg
  • Opbergzakje is te groot, waardoor het matje weer ‘uitrolt’ in het zakje. Je moet er een elastiek omheen doen.

De kern van beide matjes is een luchtbed met isolatiemateriaal erin. Dat laatste is echt nodig, anders krijg je het koud. Dat is de belangrijkste reden waarom er jarenlang selfinflaters werden aangeraden in plaats van traditionele luchtbedjes. De Selfinflaters waren geïsoleerd en daardoor hield je ook de onderkant warm.

Waar de 2 matjes van elkaar verschillen is de richting van de banen of luchtkamers. Waar dat bij de Exped in de lengte is, heeft Thermarest voor de breedte gekozen. De breedte lijkt een comfort voordeel te hebben, maar in praktijk merk je daar niet echt wat van.

De Thermarest is 3cm dikker. Ook dat lijkt een comfort voordeel te hebben, maar ook daar merk je in praktijk weinig van. Als je een matje hard opblaast, is het al snel oncomfortabel. Dus moet je op zoek naar wat voor jou de juiste hardheid is. Bij 10cm heb je wat meer speelruimte, voordat je met de heup op de grond komt. Het Thermarest matje begint echter te schommelen als je het zachter maakt. Je hebt het gevoel dat je van het matje afrolt. Dat gevoel heb je niet bij de Exped, ondanks dat wij nog een exemplaar hebben waarbij alle banen even dik zijn. De nieuwere modellen hebben dikkere buitenbanen, zodat je minder snel van je matje afrolt.

Links de Exped en rechts de Thermarest

Wij hebben bij beide matjes gekozen voor de lange en brede variant (LW). De matjes zijn dan bijna 2 meter lang en ongeveer 60cm breed. Wij zijn beiden nog geen 1.75 meter en dus zouden we ook op een Regular (183cm) kunnen liggen om gewicht en pakvolume te besparen. De breedte is geen overbodige luxe. Als je de 52cm brede matjes neemt, moet je je voorstellen dat je samen in een 1 persoons bed ligt.

Bij het opblazen is er een duidelijk verschil. Waar je de SynMat in een vloek en een zucht hebt opgeblazen, ben je bij de Topo wel even bezig. Ten eerste moet je de pompzak op het lompe ventiel krijgen. Dan moet je lucht zien te happen met je te smalle pompzak. En als laatste gaat er oneindig veel lucht in de mat. Dit is echt voor ons een hele dikke vette min. Een slecht en achterhaald ontwerp van ventiel en pompzak. Thermarest houdt vast aan een ventiel waar je makkelijk je mond op kunt zetten om het op te blazen. Maar dat wil je niet meer als je een pompzak hebt.

De Thermarest kraakt wel minder dan de Exped. Als je je omdraait op de Exped dan kan de hele camping meegenieten. Dat hebben ze bij Thermarest beter voor elkaar. Niet helemaal geruisloos, maar zeker minder herrie dan de SynMat.

Exped SynMat UL 7 LW

Pros

  • Comfortable, slaapt prima
  • Simpele, uitstekend werkende ventielen
  • Prima brede pompzak
  • Matje is binnen 2 minuten opgeblazen
  • 7cm dikte zorgt voor voldoende comfort
  • Pakvolume en gewicht is minder dan de Thermarest

Cons

  • Duurzaamheid???
  • Als het matje ouder wordt, kan er isolatiemateriaal door het ventiel naar buiten komen.
  • Matje kraakt

Conclusie

De 10cm Thermarest Topo Luxe is voor ons minder geschikt. We ergeren ons nu al groen en geel aan het opblazen en de eerlijk gezegd waardeloze pompzak. De duurzaamheid van het matje kunnen we na 1 jaar nog niet beoordelen. Dat blijft wel een beetje de zorg bij de Exped. Na 8 jaar sprongen de luchtkamers van onze Exped matjes en dat wil je niet op vakantie. Ik denk toch dat voor volgend jaar er vervanging komt. De SynMat is uit productie, dus dan wordt het waarschijnlijk de Exped Ultra 3R.

Ovale de Suisse Etappe 14 (Brugg – Aarburg)

Dit blogje komt 3 dagen nadat etappe 14 verreden is, als mosterd na de maaltijd. Maar anders is de ovaal niet rond.

De uiteindelijke ‘Ovale de Suisse’

De laatste dag begon met een niet overdreven luxe ontbijt in het Continental Tower hotel in Brugg. Gelukkig stonden er maar een 42 kilometer etappe op het programma, dus dat we niet helemaal afgevuld aan de start stonden, kon ons niet deren.

Doorkijkje onder de spoorbrug bij Brugg

Na 4 kilometer fietsen, toen we Brugg net achter ons hadden gelaten, werd Madeleine gebeld door het hotel. Of wij de sleutel van het ‘Velo Raum’ nog hadden. Grappig, in Zwitserland heet een ‘Fahrad’ een ‘Velo’. Ja dus, ik had de sleutel nog in mijn broekzak zitten en dus mochten we terug. Zo kwamen er dus ongewild 8 kilometer meer op de teller.

Nog voordat we het punt weer hadden bereikt waar Madeleine gebeld werd, lag dezelfde Madeleine tegen de vlakte. Een steil afdelinkje op gravel met een tegenhangende bocht deed haar de das om. Gek genoeg was ze er de eerste keer zonder kleerscheuren naar beneden gekomen. Nu leverde het een paar mooie ‘oorlogsverwondingen’ op. De Belg zou zeggen : ‘een val zonder erg’. Toch bleek het wel fijn dat ze handschoentjes aanhad. Anders hadden haar handen aardig opengelegen.

Fietspad langs de Aare

We reden langs de Aare over een heel aardig pad. Voor de verandering was de rivier te zien en dat maakt het wel een stuk leuker.

We hadden bedacht dat we de etappe wel in de ochtend konden rijden en we roken een beetje de stal. Dus scheurden we door Aarau en Olten, zonder te willen ontdekken welk moois die plaatsen te bieden hebben. Dat is wel zonde, maar herkenbaar van onze laatste fietsdagen.

Kerkje en klooster van Aarburg

Bij Aarburg toch nog even gestopt om een foto van kerk plus klooster/burcht te maken. We verlieten de Mittellandroute richting auto. Deze hadden we achtergelaten op de parkeerplaats van voetbalclub FC Oftringen. Het is altijd weer spannend of de auto er nog staat en in welke staat hij dan verkeerd. Misschien was hij wel weggesleept of zat er een dikke Zwitserse bon onder de ruitenwisser. Parkeren in Zwitserland is zelden gratis. Op de meest vreemde plekken kom je parkeermeters tegen.

De auto stond er nog, had geen bon of wielklem en er was geen ruitje ingetikt. Er zat wat vogelpoep op de voorruit, dat was alles. Toch licht opgelucht haalden we de spullen van de fiets en laden we alles in en op de auto.

We hadden bedacht bij De Coop te laden en dan tijdens het laden de lunch te regelen. Zal je net zien dat mijn laadpas het bij deze snellader niet doet. Er zat gelukkig nog 220 kilometer in de batterij, dus snel wat broodjes gescoord bij de Coop en op weg naar huis.

Ovale de Suisse Etappe 13 (Wildberg – Brugg)

De ene dag willen de benen beter dan de andere dag. Vandaag was voor mij een andere dag. Gelukkig was de etappe niet zo zwaar en leuker dan verwacht.

We zaten om acht uur al op de fiets. Dat kwam omdat er geen broodjes op de camping waren en al zeker niet op 1 augustus. Madeleine had gezien dat er een VOLG supermarkt open moest zijn in een volgend dorp. En dus hadden besloten met lege maag de afdaling te doen en een klein stukje langs de rivier de Töss te paddelen tot we in Rikon brood konden scoren. Helaas was de VOLG van Madeleine toch ook dicht. De Zwitserse (tank)stations hebben echter ingespeeld op de gebrekkige openingstijden van winkels. Bij een trein- of pompstation is vaak een winkeltje met een alleraardigst assortiment van broodnodige artikelen. Vlakbij zat een tankstation met brood, croissants en heerlijke sinaasappelsap.

Bij het ontbijtbankje kwamen we een Beienweide tegen. Nu is de term ’weide’ wat forst aangezet, maar de bewoners proberen toch wat te doen voor onze ’Maja’.

Bienenweide voor Maja

De route beloofde door industrieel gebied te gaan met als hoogtepunt het vliegveld. Dat is dan Kloten. We hadden dus niet al te hoge verwachtingen van het landschappelijk schoon van deze etappe, maar het viel heel erg mee. Natuurlijk was het vliegveld niet mooi en vroegen we ons af welke routebouwer het een goed idee had gevonden om een langeafstandsroute langs een vliegveld te leggen. Maar de industrie viel mee en de lelijke stukjes waren maar kort. Voor de rest een heel aardige route door liefelijk heuvellandschap.

Opstijgende vliegtuig bij Kloten

Wat al eerder was opgevallen is het groot aantal roofvogels dat boven het land cirkelt. Boeren lijken ook speciale palen op het land te hebben gezet waar de vogels op kunnen zitten. Dus ze zullen zo hun nut hebben. In Nederland zie je ze tegenwoordig ook regelmatig, maar nog niet zoveel als in Zwitserland.

Veel roofvogels onderweg

Er zitten wat felle klimmetjes in het parcours, waarvan er een van 17%. Dat vinden mijn slechte benen allerminst aardig. Het gaat allemaal wel, maar niet fluitend. Gelukkig zijn de beklimmingen kort.

Het stadje Baden is dan weer heel leuk. Je komt binnen door een poort die overgaat in een houten brug over de Limmat. Daarna krijg je een klimmetje door de oude stad. Op slentertempo langs leuke winkeltjes, niet verkeerd.

Toegangspoort van Baden
Binnenkomst in Baden

Voor Baden hadden we nog een stopje gemaakt omdat ons lijf schreeuwde om een koud Colaatje. Nietsvermoedend crashte we een 1 augustus feest met veel baksels en cider. Ik werd naar mijn polsbadje gevraagd. Je weet wel, zo’n Alanya all inclusive marker, waaraan je kunt zien dat je te besodemieterd bent om zelf je restaurant uit te zoeken. Zo’n bandje had ik niet. Na wat uitleg begreep de dame dat ik niet kwam voor haar baksels, maar alleen voor een koud Colaatje. Die kon ik dan wel bestellen aan de bar. Probleem opgelost.

1 augustus party crash

Het landschap en de omgeving bleef ons positief verrassen tot in Brugg aan toe. Daar de keuze niet op de naturistencamping was gevallen, maar op een hotel, zitten we nu in een steriele overnachtingsdoos, waarvan het restaurant dicht is vanwege 1 augustus. Gelukkig heeft Madeleine een Ialiaan bereid gevonden open te zijn voor een tafeltje voor twee.

Het Centurion Tower Hotel ligt op de campus van de lokale HTS. Ook in Zwitserland is het vakantie, dus het is hier een beetje een dooie boel. De receptioniste begon in prachtig Zwitser-Duits tegen ons te ratelen en we hebben maar ja gezegd. De kamer is schoon, het bed is goed, de douche is heerlijk en de WiFi is snel. Wat wil je nog meer op deze feestdag.

Sommige bewoners langs de route helpen mee met het uitpijlen

10. Wat neem ik aan gewicht mee?

Gewicht is een gevoelig onderwerp. Niet alleen het gewicht van de fietser, maar ook dat van zijn bagage blijkt regelmatig een onderwerp waar veel emotie inzit. Juist daarom is het van belang het te behandelen.

Je vindt in dit hoofdstuk tabellen met de uitrusting die ik bij me had op onze tocht van 3 weken door Bretagne en Normandië. Dat is een indicatie, maar ook niet meer dan dat. Jouw persoonlijke voorkeur kan voor een andere gewichtsverdeling zorgen. Het kan ook zijn dat diezelfde voorkeuren meer of juist minder gewicht dan in de tabellen staat genoemd tot gevolg hebben.

Verdeling van de bagage over mijn fiets

10.1. Lichaamsgewicht

Het lichaam van de fietser is over het algemeen het zwaarste ‘object’ dat je meeneemt. Het lichaamsgewicht is daarom een factor in de hele gewichtsdiscussie. Het is ook het onderdeel waar relatief veel besparing te halen is, als je daar naar op zoek bent. Ik ben bijvoorbeeld 78kg en dat is 8kg te zwaar als ik naar het midden van de BMI schaal kijk. Met gezonde voeding en goede wil kan ik misschien beter 5 kilo van mijn lijf afhalen dan 500 gram besparen op een stoeltje.

Toch is het niet helemaal zo eenvoudig als hierboven beschreven. De gewichtsbesparing moet natuurlijk niet ten koste gaan van de spiermassa. Ik ga ervan uit dat het besparing op de hoeveelheid lichaamsvet is. En ook daar zit een grens aan. Vanuit de triatlon ken ik een aantal mensen met een zeer laag vetpercentage. Zij hebben het eerder koud dan een ander en hebben logischerwijs minder reserves, dus moeten nog beter op hun voeding letten.

Ik ga daarom hier ook geen pleidooi houden om af te vallen of om eruit te zien als een profwielrenner. Dat is aan jezelf. Waar ik wel ongevraagd wat advies over wil geven is het gewicht van de spullen die je meeneemt op fietsvakantie.

10.3. Opvallende artikelen

Om gelijk maar een paar opvallende artikelen uit mijn uitrusting te benoemen als potentiële punten van gewichtsbesparing, noem ik het toetsenbord en het stoeltje.
Om wat makkelijker een reisverslagje op mijn telefoon te kunnen maken, heb ik een (iPad) bluetooth toetsenbord (337 gram) meegenomen. Een beetje tiener kan sneller ’tikken’ met zijn duimen dan ik met 10 vingers, dus dat zou ook zonder moeten kunnen.

Bente zit op het stoeltje lekker te lezen op weg naar Berlijn in 2015

Het stoeltje is een leeftijdsdingetje ben ik bang. Toen we met fietsvakanties begonnen was ik 30 en had ik geen stoel nodig. Ik ging wel op een zitlap op de grond zitten. Die houding houdt ik ruim 20 jaar later niet zolang meer vol. Het gaat gewoon pijn in de knieën en rug doen. “Oude man” zegt mijn dochter dan. Dus daarom gaat er een stoeltje van 585 gram mee.
In Nederland en Scandinavië is een stoeltje wat overdreven. Veel campings in die landen hebben picknickbanken of ander meubilair staan. In Frankrijk is dat bijvoorbeeld nog geen gemeengoed op campings. In 3 weken tijd hebben we 1 keer een picknickbank en 1 keer oud tuinmeubilair gehad.

Ook vind je 2 opblaasbare kussens terug in mijn uitrusting. Waar sommigen al niet begrijpen dat je er überhaupt 1 meeneemt, moet ik er weer 2 hebben. De reden is dat ik vanwege een knieblessure met een kussen tussen mijn knieën in moet slapen. Het tweede kussen is gewoon comfort voor onder mijn hoofd. Toegegeven, het kan ook anders worden opgelost. Bijvoorbeeld door truien in een T-shirt te proppen. Ook heb ik geprobeerd om van de pompzak van het luchtbed een kussen te maken, maar die loopt toch langzaam leeg.

10.2. De fietskar

Een mogelijk om bagage te vervoeren is een fietskar. Deze neem ik hier niet mee als optie, maar wil ik wel benoemd hebben. Sommige fietsers zweren bij een fietskar en geven aan dat dit fijner fietst dan met bagage op je fiets.

Mijn fiets (Sparta Marathon) en Burley Cub fietskar in 2007, Luberon (Fr)

Ik heb jarenlang met een fietskar (Burley Cub uit 2000) rondgereden. Daar vervoerden we kinderen mee totdat ze de leeftijd hadden bereikt dat ze op een aanhangfiets (biketrailer) konden zitten. Vanuit die ervaring kan ik je vertellen dat het geen feest is op met zo’n ding te fietsen. Het schokt en het stoot, trekt je frame uit elkaar en het is nogal zwaar.

Eigenaren van zogenaamde BOB trailer zijn over het algemeen zeer positief over hun karretje. Deze kar is niet geschikt voor het vervoer van nageslacht, maar je kunt er prima je spullen mee vervoeren. Ik heb met een BOB trailer gereden en de constructie zorgt ervoor dat het een stuk beter fietst dan mijn Burley aanhanger, maar ik vind het nog steeds een stuk minder dan met bagage aan of op de fiets. De BOB adepten zeggen dat dit aan mij ligt en ze zouden natuurlijk gelijk kunnen hebben.

Wat in de loop van de jaren steeds meer ruimte inneemt, is de elektronica. Ik heb een telefoon, een sporthorloge, een navigatiesysteem, een voor- en achterlamp en dus een toetsenbord bij me. Daardoor heb ik dan weer 2 powerbanks, een berg aan snoeren en stekkers en zelfs een Eurostekker bij me, om het hele zaakje opgeladen te krijgen.
In 1999 had ik in Nieuw Zeeland alleen een Petzl hoofdlamp en een Kermit GSM bij me. Beide werkten op penlite batterijen die je overal kon kopen. De telefoon was alleen voor noodgevallen en je kon er alleen mee bellen en SMS’en. En met een tarief van ƒ10,- per minuut deed je dat zo min mogelijk.

10.3. Gewicht van de fiets en accessoires

Na je lichaam is meestal de fiets het een na zwaarste object. Zeker in mijn geval met een fiets van maar liefst 17,2kg. Madeleine haar fiets (Koga) is met 18,3kg zelfs nog een kilootje zwaarder. Mijn fiets is een jaar of 10 oud en in die tijd was dit een heel standaard type fiets voor een fietsvakantie. Inmiddels zie ik toch wel wat ontwikkelingen in fietsen die het wellicht mogelijk maken om voor een lichtere fiets te kiezen.

De belangrijkste reden voor het gewicht van mijn fiets is degelijkheid. De fiets moet bij met een behoorlijke bepakking toch stabiel blijven en niet uit elkaar vallen. Er zitten daarom speciale vakantiewielen met extra spaken in. Het frame is ook zwaarder om meer stijfheid en stevigheid te creëren. Maar als ik minder aan gewicht meeneem, heb ik dan nog wel zo’n zware fiets nodig?

Als ik kijk naar onze uitrusting, dan zie ik een behoorlijke gewichtsafname. We vervangen geen spullen om het gewicht, maar als ik iets moet vervangen omdat het stuk is, kijk ik wel naar het gewicht van de vervanger. We hebben dit jaar bijvoorbeeld een nieuwe tent en dat scheelt ongeveer 3kg met de oude tent. Zo is er aflopen 10 jaar ongeveer 10kg aan bagage afgegaan. Ik zit nu op 21kg bagage en Madeleine op 12kg. Madeleine kan zeker al toe met een veel lichtere fiets en ik volgens de spes ook.

Als ik bijvoorbeeld een Trek Checkpoint ALR5 (Als) of SL5 (Carbon) neem, mag het totaalgewicht van fiets + berijder + bagage maximaal 125kg zijn. De Checkpoint is zelf 10kg, ik ben 78kg, dus dan blijft er nog 37kg voor bagage over. Daar blijf ik ruim binnen, ook al tel ik het gewicht van de spullen die aan mijn lijf heb (1,2kg) en de accessoires die ik op mijn fiets heb (1,8kg) bij op.

Wij zijn in Frankrijk ook fietsers tegengekomen met veel meer bagagegewicht dan 21kg. Dan wordt het steeds verstandiger om naar de stevigheid van de fiets te kijken.

ArtikelMerkTypeWaarStuk (gr)AantalTot (gr)
FietsSantosTravelmaster 2.6Fiets17200117200
BidonRed Cycling Products Fiets852170
Bidon vulling  Fiets76021520
NavigatieGarminEdge ExploreFiets1311131
Totaal19021
Gewicht van mijn Santos tijdens tocht van 3 weken in 2021

10.4. Gewicht van de tassen

10.4.1. Verdeling van het gewicht

Om het gelijk een beetje lastiger te maken, is niet alleen het gewicht van de tassen, maar ook de verdeling van het gewicht en de locatie van de tassen van invloed op de rij-eigenschappen van je fiets.

Hoe lager het gewicht (zwaartepunt) aan je fiets hangt, hoe makkelijker je de bocht doorkomt. Hoe meer het gewicht in lijn is met je fiets, hoe stabieler het geheel zal zijn. Met andere woorden, zijtassen zorgen voor een zwabber effect.

Daarom zie je nu bagagedragers waarbij je de tassen lager kunt ophangen en fietsers die ervoor kiezen om liever met voortassen dan met achtertassen te rijden.

Als ik naar onderstaande tabellen kijk, zie ik dat het gewicht niet gelijkmatig is verdeeld over de tassen. Als ik het rijgedrag van de fiets wil verbeteren, kan ik kijken of een andere verdeling van het gewicht daarin kan bijdragen.

10.4.2. De rugzak

Ik vind het zelf helemaal niks, maar andere fietsers hebben een stuk minder moeite met de rugzak op de fiets. Ik krijg een warme en natte rug van zo’n ding, mijn schouders gaan zeer doen en als het een volle rugzak is, wordt staand fietsen ook niet makkelijker. Ik heb mijn bagage dus het liefst aan en op de fiets en niet aan mijn lijf. Misschien ben ik daar wat extreem in, maar ik vind een regenjasje in mijn achterzak van mijn koerstrui al vervelend.

10.4.3. De achtertassen

Als ik nu naar onderstaande paklijst kijk, zie ik dat er toch wel een aantal artikelen gedurende de vakantie is verhuisd. De 2 kussens zijn in een voortas terecht gekomen en de campingstekker is van de linker naar de rechter achtertas verkast. Voortschrijdend inzicht denk ik. Ik had wat ruimte over in mijn voortassen. Achteraf had ik die ruimte moeten gebruiken voor een puffer. Nu was 1 van de voortassen maar half gevuld, dus kon ik er wat extra spul vanuit de achtertassen instoppen.

ArtikelMerkTypeTasStuk (gr)AantalTot (gr)
AchtertasOrtliebBack Roller PlusLA4001400
CampingstekkerSoyangGP51-FLA1471147
MesVictorinoxTafelmesLA25250
MesGSI OutdoorsSantoku 6LA46146
LepelMSRTitaniumLA15230
VorkMSRTitaniumLA13226
TheelepelSeaToSummitKunststofLA6212
Spatel HoutLA29129
ZakmesLeathermanJuiceLA1181118
MokMepal LA682136
GlasMepalBasic 234LA502100
BordMepal LA1702340
KoekenpanGSI Outdoors8 inchLA3691369
Kookpan + handvat + hoesMSR LA4131413
Vaatdoekje  LA17117
GasbranderCampingGazTwister 270LA2211221
GasbranderPrimusEasy Fuel Duo Multi-mountLA4141414
GastankjeCampingGazCV470LA6251625
GastankjeCampingGazCV300LA2401240
Gastank driepootPrimus LA24124
Aansteker KleinLA12112
Knijpers + Waslijn  LA2051205
WasmiddelHemaTravelLA2231223
Busje kruiden  LA15115
Postelastieken  LA21121
AfwassponsjeHema LA12112
AfwasmiddelEco LA80180
Zakje voor afwasmiddel en sponsjeToppitsZipperLA818
Theedoek  LA1061106
Theedoek  LA88188
AfvalzakkenHemaRolletjeLA71171
OlijfolieAHBak & BraadLA1171117
OploskoffieNescafe LA1091109
KruidenPeper en Paprika LA14114
ToiletpapierAH Eco LA1191119
Naaisetje + tentstok reparatieMSR LA20120
TomatenketchupHeinz LA2701270
MayonaiseAHZaanseLA1781178
Thee  LA91191
OploskoffieNescafeIn plastic busLA90190
EHBO kit  LA6521652
Totaal6258
Inhoud en gewicht linker achtertas tijdens tocht van 3 weken in 2021
ArtikelMerkTypeTasStuk (gr)AantalTot (gr)
AchtertasOrtliebBack Roller PlusRA4001400
GereedschapstasOrtlieb RA1111111
Onderdelen zakje plasticRA818
MultitoolCrackbrothers RA1781178
Reserveband MarcSchwalbe 40/62-559 RA191 0
Reserveband MadeleineSchwalbe 28/47-622 RA1561156
Co2 pomp  RA25125
Co2 patroonTrivio25gramRA90190
Co2 patroon 16gramRA68168
Quick LinkKMC2 x 9 speedRA717
WaxSquirtChain LubeRA1021102
BandenknechtBBB RA1201120
Bandenlichters 3 stuksRA51151
Tie wraps 6 stuksRA717
Moertjes DiverseRA42142
Isolatietape  RA13113
Sleutel voor as MarcTranz X RA15115
Plakset  RA17117
Verloopnippels ventiel 3 stuksRA12112
RemblokjesMagura RA8216
AanpaalslotAxa RA4941494
Hoofdkussen MarcMammutSelf InflatingRA1401140
Hoofdkussen MarcXenosOpblaasbaarRA 10
ZitlapBever RA27127
StoeltjeAlite RA5851585
Picknick kleed Technisch katoenRA1911191
Powerbank + Snoer + HoesXtormGroot 15.000RA3801380
EurostekkerSKROSS1×220 + 2xUSBRA1321132
ToetsenbordLogitech RA3371337
Hoes toetsenbordOrtlieb RA55155
ErnergiedrankSiSGO ElectrolyteRA443132
ErnergiedrankSiSBeta FuelRA825410
SlippersOlaianMaat 43RA1861186
SandalenBirckenstockMaat 42RA4851485
Totaal4992
Inhoud en gewicht rechter achtertas tijdens tocht van 3 weken in 2021

10.4.4. De kanozak

Wij hebben heerlijk warme donzen slaapzakken van Tateljee. Ze zijn inmiddels 22 jaar oud en 2 jaar geleden daarom bijgevuld. Dat zorgde er echter voor dat ze niet meer lekker in de achtertas paste en ook niet meer in onze 9 liter kanozak. Dus nu heb ik een 13 liter kanozak met beide slaapzakken achterop liggen.

Ook hier was sprake van voortschrijdend inzicht. De beste plek voor de pompzak van de luchtbedden bleek toch bij de slaapzakken in de kanozak te zijn. Die vind je dus in een ander lijstje terug, maar zat na een dag of 2 al standaard in deze kanozak.

ArtikelMerkTypeTasStuk (gr)AantalTot (gr)
SpanbandjesBever TA21242
Slaapzak + InritslakenTateljeeMummy DonsTA165623312
Slaapzak kanozakOrtlieb13 literTA3651365
Totaal3719
Inhoud en gewicht kanozak tijdens tocht van 3 weken in 2021

10.4.5. De voortassen

Tubus lowrider

De voortassen hangen over het algemeen aan een zogenaamde lowrider. Op buitenlandse fietsen kom je nog wel eens een bagagedrager voorop de diets tegen. Dan hangen de tassen voor ons gevoel een beetje hoog en ligt er misschien een kanozak of een tent bovenop.

Het voordeel van de lowrider is – de naam geeft het al een beetje weg – dat het gewicht laag ligt. Daarmee beïnvloed je het rijgedrag van je fiets.

Je kunt discussiëren of je het meeste gewicht in je voor- of juist in je achtertassen wilt hebben. Ooit ben ik begonnen met de kookspullen in de voortassen. Dus daar zat toen relatief veel meer gewicht dan in de achtertassen. Omdat mijn toenmalige lowrider brak onder het gewicht, ben ik gaan schuiven met het gewicht. Mijn voortasjes zijn nu relatief licht. Ik kan ook niet zeggen dat ik ingeboet heb op wegligging of stabiliteit, nu ik meer gewicht naar achteren heb gebracht. Als je dit punt echter voorlegt aan een bikepacker, zal hij waarschijnlijk zeggen dat je het gewicht voorop moet hebben.

ArtikelMerkTypeTasStuk (gr)AantalTot (gr)
SlaapmatjeExpedSynmat UL 7 LWLV6391639
Sokken  LV343102
OnderbroekCraft LV403120
Korte FietsbroekCastelli LV1511151
T-shirt korte mouwAsics LV1211121
T-shirt korte mouwCrivit LV1171117
T-shirt korte mouwKarrimor LV1061106
T-shirt korte mouwCrivit LV1171117
T-shirt korte mouw  LV 10
T-shirt lange mouwOdloThermoshirtLV1261126
Summer sculCastelli LV14114
PetAsics LV53153
RegenjasGoreGoretexLV2931293
Waszak  LV 10
Douchezak  LV 10
Totaal1959
Inhoud en gewicht linker voortas tijdens tocht van 3 weken in 2021
ArtikelMerkTypeTasStuk (gr)AantalTot (gr)
VoortasOrliebFront Roller PlusRV3031303
Lange BroekMammutMaat 48RV2871287
ThermobroekOdlo RV1111111
ZwembroekSpeedo RV1191119
FleecevestMammut RV2751275
SoftshellMammut RV3931393
Riem  RV 10
KussensloopThermarest RV99199
HanddoekDecathlon RV1701170
HanddoekDecathlon RV1771177
Toilettas  RV16116
TandenborstelEtosInklapbaarRV25125
TandpastaElmexMiniRV40140
Doucheschuim/ShampooMarcel’s SoapMiniRV1151115
DeodorantDoveMiniRV40140
ScheermesGilletteMach 3RV35135
ScheerschuimNiveaMiniRV60160
ChamoiseAssosFilmbusjeRV25125
Anti-mugEtosCitriodiolRV50150
Anti-mugCare Plus40% DeetRV26126
Totaal2366
Inhoud en gewicht rechter voortas tijdens tocht van 3 weken in 2021

10.4.6. De stuurtas

In je stuurtas stop je over het algemeen al je belangrijke spullen als bankpas, telefoon en ID. Als je ergens stopt, haal je de stuurtas eraf en hoef je niet eerst al je tassen door om de spullen te verzamelen. Daarnaast heb je er wat spulletjes inzitten die je bij de hand wilt hebben tijdens het fietsen.

ArtikelMerkTypeTasStuk (gr)AantalTot (gr)
StuurtasOrtliebUltimate PlusTV5231523
PowerbankXtormKlein 6.000TV1691169
TelefooniPhoneXTV1761176
TelefoonhoesQuadlockXTV39139
Telefoon oplaadkabeliPhoneLightningTV18118
Voorlamp (tevens zaklamp)Lezyne800xlTV1501150
AchterlampRed Cycling ProductsK1209TV26126
Horloge oplaadkabelGarmin TV20120
Navigatie oplaadkabelGarmin TV17117
Pen  TV818
Rijbewijs  TV414
Zorgverzekeringsbewijs  TV414
Verzekeringsbewijs  TV515
Debit Card  TV515
Credit Card  TV515
Paspoort  TV37137
Vaccinatieboekje  TV23123
BrilNike TV26126
BrillenkokerPolaroid TV54154
ReserveglazenAdidas TV14228
Totaal1640
Inhoud en gewicht stuurtas tijdens tocht van 3 weken in 2021

10.4.7. Op en aan het lijf

ArtikelMerkTypeWaarStuk (gr)AantalTot (gr)
HorlogeGarminXT 730Lijf39139
FietsschoenenShimanoSH-CT500-S maat 43Lijf7421742
Sokken  Lijf34134
Korte FietsbroekCraft Lijf1411141
MTB BroekION Lijf 10
T-shirt korte mouwCraft Lijf1101110
Summer sculCastelli Lijf14114
HelmLazerMipsLijf 10
FietshandschoenenDotout Lijf39139
ZonnebrilAdidas Lijf32132
BrillenkoordChums Lijf11111
Totaal1162
Gewicht van kleding en accessoires die ik aanhad tijdens tocht van 3 weken in 2021

2.7. Welk zadel heb ik nodig?

Kort door de bocht
Echt heel persoonlijk, zou er in ieder geval voor dat het voldoende hard is en de juiste breedte heeft.

In eerste instantie zou je denken een lekker ‘comfy’ zacht zadeltje. Het gekke is dat dit dus averechts werkt. Je moet dus een zadel hebben dat voldoende hard is. Je moet wel wennen aan een hard zadel. De eerste paar tochten zullen minder fijn aanvoelen. Daarna krijg je een soort eelt op je zitbotten, die ervoor zorgt dat je probleemloos op je zadel kunt zitten. De reden waarom een zadel voldoende hard moet zijn, is om ervoor te zorgen dat je gewicht op de zitbotten rust en niet op de ‘weke’ delen eromheen. In onderstaande video legt Roel het in mijn ogen heel duidelijk uit.

De meeste herenfietsen worden met een smal zadel en de meeste damesfietsen met een breed zadel geleverd. Dat is waarschijnlijk omdat de zitbotten van dames meestal wat verder uit elkaar staan dan bij heren. Het is echter belangrijk dat je een zadel hebt met de juiste breedte (zie uitleg in video). Laat daarom bij aanschaf van je fiets je zitbotten opmeten.

Sommige vakantiefietsers zweren bij een zogenaamd Brooks zadel. Persoonlijk heb na 30 kilometer pijn aan mijn kont op zo’n zadel, maar het blijft dus heel persoonlijk.

Brooks zadel

Een ander fenomeen is het zadeldakje. Ook hier lees ik enthousiaste berichten over. Ik kan me echter niet voorstellen hoe dit gaat helpen tegen zadelpijn. Misschien moet je dit ook meer zien als vervanging van het zeem in je broek, dan als verbetering van je zadel.

Zadeldekje

2.7.1. Zadelpijn

Zadelpijn kan worden veroorzaakt door een viertal zaken

  • Verkeerd afgestelde fiets/verkeerde houding
  • Verkeerde fietsbroek
  • Verkeerd zadel
  • Onvoldoende training

Het is natuurlijk de kunst om erachter te komen welke van de 4 het is. De laatste lijkt het makkelijkst te bepalen, maar de trainingsarbeid kan bij sommigen aardig oplopen voordat ze een beetje lekker op hun zadel zitten. Dus op na 5 ritten tot de conclusie te komen dat het aan iets anders dan de training moet liggen, is wellicht te voorbarig.

Voor de meeste fietsers zal gelden dat als je de tips van Roel in acht neemt, je niet of nauwelijks zadelpijn zal ervaren dat door het zadel wordt veroorzaakt. De geometrie van de fiets en daardoor de houding op de fiets is – samen met onvoldoende training – de belangrijkste veroorzaker van zadelleed.

De fietsbroek wordt vaak aangeduid als dé oplossing bij of juist het probleem van zadelpijn. Gek genoeg zullen de meeste fietsers geen zadelpijn ervaren als ze de andere 3 factoren hebben ingevuld, al gaan ze in hun natte zwembroek op het zadel zitten.

2.5. Welke type versnellingsapparaat heb ik nodig?

Kort door de bocht
Shimano Deore XT derailleur

2.5.1. De versnellingsbak en riemaandrijving

Het is vrij simpel. Een riemaandrijving is niet te combineren met een derailleur. Een ‘versnellingsbak’ overigens wel met een ketting, maar dat zie je steeds minder. Het voordeel van een riem en versnellingsbak is dat het minder kwetsbaar is en minder direct onderhoud vergt. Het nadeel van deze opzet is dat het duurder, zwaarder en complexere techniek is dan een ketting en derailleur.

Voor een goede vakantiefiets heb je 2 merken versnellingsbakken. De Rohloff naaf en de Pinion. Vergeet de Shimano Nexus naaf onmiddellijk. Die is leuk voor in je stadsfiets maar ongeschikt voor op een serieuze vakantie. De techniek van de Rohlof is prachtig en persoonlijk vind ik die van de door Porsche engineers ontwikkelde Pinion gearbox nog mooier. Ik kan me voorstellen dat dit er voor zorgt dat je op vakantie niet iedere 2 dagen je ketting hoeft te smeren en dat als je door zeer ruig terrein rijdt, je minder kans op schade hebt. Ik lees echter toch ook verhalen van fietsers die hun riem aan het inoliën zijn of dat er dan juist weer olie uit hun versnellingsbak loopt tijdens hun vakantie.  

Voor mij weegt het voordeel van een versnellingsbak niet op tegen de nadelen. Nu ben ik niet iemand die extreme trails rijdt, dus dat kan nog een overweging zijn. Mijn eerste argument is de prijs. Een Rohloff naaf is dik €1.000,- en een Pinion nog duurder. Een zeer goede Shimano XT derailleurset (voor en achter) kost bij elkaar €130,- Voor de prijs kun je dus 8 keer je derailleur aan gort rijden, voordat je de Rohloff naaf hebt terugverdient.

Mijn tweede argument is het gewicht. De Rohloff en Pinion zijn veel zwaarder dan een derailleur. Een Rohloff naaf weeg 1.800 gram. Een XT derailleurset is ongeveer 420 gram. Je wint wel weer wat terug met de riem (75 gram) ten opzichte van een ketting (260 gram). Al met al scheelt het 1,2 kg. Nu ben ik iemand die gewicht belangrijk vind. Ik heb vaak discussie met andere fietsers over het belang van gewicht. Vele van mijn ‘fietsvrienden’ hechten veel minder belang aan een kilootje meer of minder.

Mijn derde argument is de complexiteit van de techniek. Kortweg; een versnellingsbak gaat niet zo snel stuk, maar als het stuk gaat, dan kun je er zelf heel weinig aan repareren. Daarnaast kent bijna iedere fietsenzaak de derailleur. Zeker als je er een van Shimano hebt. Daar hebben ze vaak ook de onderdelen voor. Een Rohloff en Pinion is zeer specifiek. Het levert wel mooie verhalen op als fietsers die 3 dagen in een mooie stad vastzitten, wachtend tot DHL hen een nieuwe Rohloff bezorgt. 

Daarnaast is het argument van het onderhoud relatief. Ik kan mijn eigen derailleur onderhouden. Door schade en schande en veel proberen ben ik zelfs in staat een derailleur af te stellen. Dat raad ik overigens niet direct aan. Een versnellingsbak moet wel elk jaar voor een onderhoudsbeurtje naar de fietsenmaker. Nu gun ik de fietsenmaker ook wel wat en moet ik zeggen dat ik regelmatig mijn derailleurfiets naar de vakman breng, maar strikt genomen is dat niet noodzakelijk.

Het vierde en dus meest zwakke argument is de gripshift. Meestal wordt er een zogenaamde gripshift gemonteerd als schakelapparaat voor je versnellingsbak. Dat hoeft overigens niet, want het kan ook in combinatie met een duimschakelaar of zelfs een racefiets shifter. Eén van de leerpunten van mijn eerste vakantiefiets (Sparta Marathon Plus uit 1997) was, dat ik nooit meer een gripshift wilde hebben. Ik heb nogal last van zweethandjes als ik me inspan en kon dan tijdens een klim moeilijk of zelfs niet meer schakelen.

2.5.2. Merk en type derailleur

Als beginnende vakantiefietser is het lastig je weg te vinden in merken maar met name types aan derailleurs. De merken in volgorde die ik zou adviseren:

  • Shimano
    Marktstandaard, de meeste fietsenmakers kunnen hier wat mee. Onderdelen overal verkrijgbaar.
  • SRAM
    Standaard in USA, veel fietsenmakers kunnen hier iets mee, onderdelen zijn vaak niet op voorraad.
  • Campagnolo
    Italiaans en minder standaard. Je ziet het veel onder Italiaanse racefietsen.
  • Rotor
    In zijn geheel niet standaard, sterk af te raden als je zelf niet heel handig bent. Wel mooie techniek.
  • Sunrace
    Goedkoop en ongeschikt voor een vakantiefiets.

Maar binnen een merk heb je weer verschillende types.

ShimanoSRAM
TrekkingDeore XTForce
DeoreRival
AlivioApex
Acera
LX (oud)
MTBXTRXX1 (Eagle), X01, X1
Deore XTGX, NX
SLXX9
DeoreX7
AlivioX5
Acera
Altus
Tourney
Tourney TZ
Saint
Zee
GravelGRX-400Apex
Rival
GRX-600Force
GRX-800Red
RaceDura-Ace
UltegraForce
105Rival
TiagraApex
Sora
Claris
Tourney A070
In groen de sets die ik zou adviseren, in oranje de minder geschikte setup en rood raad ik absoluut af voor je vakantiefiets.

Naast dit woud aan mogelijkheden kun je bij de grote merken ook nog kiezen voor elektrisch skakelen. Dat raad ik je echter af. Het is duur, kan stuk en het biedt voor de vakantiefietser nauwelijks voordelen. Het is wel mooie techniek, voor de versie van SRAM.

De voornaamste problemen bij de instapmodellen zijn duurzaamheid en stabiliteit. Als je begint en toch van plan bent om over 3 jaar een betere fiets te kopen, is het eerste argument niet relevant.

Maar als je derailleur ontregelt raakt tijdens je vakantie, is dat wel erg vervelend. Met name een goede achterderailleur is daarom belangrijk.

Op de betere MTB en Gravelgroepen zitten kettingspanners op de. derailleur. Die zorgen er voor dat de ketting minder klappert op onverharde, ruige stukken. Daardoor loopt je ketting er minder snel af en voorkomt het schade aan je frame. Racefiets derailleurs hebben dat over het algemeen niet.

De reden waarom ik voor een MTB groep zou kiezen is de tandwielverhouding. Die sluit bij een MTB groep beter aan op de vakantiefietser dan de racefietsgroepen. Kleinste verzet van een MTB kan bijvoorbeeld 26×34 zijn en is bij een racefiets is dat dan 36×28. Als je met bagage een bergje op moet is 36×28 echt niet licht genoeg.

Het verschil bij de top segmenten van de groepen zit in het gewicht. Lichter maakt het in dit geval minder robuust en daardoor minder geschikt voor de vakantiefietser. Daarom geen XTR of Dura-Ace.

De prachtige GRX gravelgroep van Shimano komt voor zover ik weet alleen met racefiets shifters. Er is echter vast wel een handige fietsenmaker te vinden die daar iets op gevonden heeft.

Verschillende specialisten bieden extra harde voortandwielen aan voor de vakantiefietser. Ik heb gewone Shimano tandwielen en die doen het al ruim 10 jaar prima. Dat geld kun je beter stoppen in een goede ketting (Shimano, SRAM of KMC). Belangrijk is dat de ketting roestvast is, dus bij Shimano een XT/Ultegra ketting (HG700 of hoger). Hetzelfde geld voor de cassette. Vaak monteren fietsfabrikanten uit kostenoverweging een cassette uit een lagere groep.

Als je ergens wilt bezuinigen, doe het dan op je voorderailleur. Die is minder gevoelig en gebruik je een stuk minder. een combinatie van een Deore voorderailleur en een Deore XT achterderailleur is heel gebruikelijk.

De shifters (schakelaars) hoeven niet het hoogste segment te zitten, maar ook niet in het laagste. Ook dat is nog wel eens een sluitpost bij fabrikanten.

2.5.3. Hoeveel versnellingen heb ik nodig?

Kort door de bocht
Shimano Deore XT Triple (26-36-48) voor en 10 of 11 speed (11-34) achter. 

Voor de beginnende vakantiefietser zou ik de standaard van het moment kiezen. Met een derailleur is dat achter 10 of 11 en voor zou ik voor een Triple kiezen (3 bladen). Voor wielrenners en tegenwoordig ook voor mountainbikers is de Triple helemaal ‘uit’. In die wereld zie je het steeds meer opschuiven richting alleen een achterderailleur. Meestal wordt het dan een 1×12 met een enorm grootste achtertandwiel. Voor een vakantiefiets raad ik dat niet aan. Tenzij je er uberhip uit wilt zien heb je met een Triple meer mogelijkheden.

Hoe zwaar je zwaarste verzet moet zijn, is niet zo belangrijk. Je kleinste verzet is veel belangrijker. Ik zou zeker een verzet van minder dan 1:1 aanraden. Een kleinste voorblad van 26 tanden is vrij standaard. Als je dan een grootste achterkrans hebt van bijvoorbeeld 32 of zelfs 34, dan zit je best goed.

Natuurlijk is het zo dat je met een 3×11 geen 33 effectieve versnellingen hebt. De ketting komt immers in de meest extreme gevallen te schuin te staan. Dat fietst niet lekker, slijt extra snel en kan zelfs tot kettingbreuk leiden. Ook is het zo dat de verhoudingen (klein voor en groot achter) soms sterk op elkaar lijken (groot voor en klein achter). Effectief houd je met een 3×11 ongeveer 20 versnellingen over.

Bij een versnellingsbak zijn alle versnellingen effectief. Dus als je er 18 hebt, dan heb je er ook 18. Vaak zie je dat er minder versnellingen worden aangeboden, maar met eenzelfde bereik. Net zoals bij een derailleur bij een 1×12. Dat betekent dat je lichtste en zwaarste verzet hetzelfde zijn als bij de 18 variant, maar dat de stapjes er tussenin wat groter zijn. Dat lijkt onbeduidend, maar op een lange rit kun je echt het gevoel hebben tussen 2 versnellingen in te willen fietsen. De kans dat je dan de juiste versnelling niet vindt, wordt steeds groter. Als je voor minder versnellingen kiest, zou ik niet de stapjes willen vergroten, maar aan de bovenkant (zwaarste versnellingen) er wat vanaf halen. Beneden kom je altijd.